User Manual

Table Of Contents
Sequencerblok
MOTIF XF Naslaggids
13
Scenetrack
Op deze track kunt u scenewijzigingsinstellingen opnemen,
zoals de status van trackdemping en solo. Deze kunnen
worden ingesteld in de display Song Play (pagina 136) en
worden opgeroepen tijdens het afspelen van songs. Tijdens
het afspelen van songs veranderen de trackdempings- en
soloinstellingen automatisch op basis van de instellingen die
u voor de scenetrack hebt opgenomen. U kunt deze track
opnemen via realtime opname (pagina 144) en de
opgenomen data bewerken in de modus Song Edit
(pagina 150).
Tempotrack
Op deze track kunt u tempowijzigingsinstellingen opnemen.
Tijdens het afspelen van songs veranderen de
tempowijzigingen automatisch op basis van de instellingen
die u voor deze track hebt opgenomen. U kunt deze track
opnemen via realtime opname (pagina 144) en de
opgenomen data bewerken in de modus Song Edit
(pagina 150).
Met deze functie kunt u songs aan elkaar 'ketenen' om ze
automatisch na elkaar te laten afspelen. Zie pagina 143 voor
instructies voor het gebruik hiervan.
Sequencerblok in de modus Pattern
Op de MOTIF XF verwijst de term 'patroon' naar een relatief
korte muziek- of ritmefrase (1 tot 256 maten) die voor
afspelen in een lus wordt gebruikt. Als het afspelen van een
patroon eenmaal is gestart, wordt dit dus herhaald totdat
u op de knop [J] (Stoppen) drukt.
Patronen zijn meer dan alleen een enkele frase. Ze bevatten
16 variaties, 'secties' genaamd. Deze secties kunnen tijdens
het afspelen worden gewijzigd en worden gebruikt als ritme-/
achtergrondvariaties voor de verschillende partijen van een
song. U kunt bijvoorbeeld één sectie voor het couplet, een
andere sectie voor het refrein en een derde sectie voor de
brug gebruiken. De patrooninstellingen zoals tempo en
mixing veranderen niet, zelfs niet wanneer de sectie wordt
omgeschakeld, zodat het afspelen ook bij de veranderingen
hetzelfde gevoel en ritme houdt.
Zie pagina 166 voor instructies over het selecteren van een
patroon en sectie.
In een patroonketen rijgt u verschillende secties (binnen één
patroon) aan elkaar om één volledige song te maken. U kunt
de MOTIF XF secties automatisch laten wijzigen door vooraf
een patroonketen te maken, waarbij het afspelen van een
patroon via de display Pattern Chain met sectiewijzigingen
wordt opgenomen. U kunt deze functie ook gebruiken bij het
maken van songs op basis van een bepaald patroon,
aangezien de gemaakte patroonketen in Pattern Chain Edit
kan worden omgezet in een song (pagina 174). Voor elk
patroon kan één patroonketen worden gemaakt.
Dit zijn de elementaire MIDI-sequentiegegevens in een track
(en de kleinste eenheid) die worden gebruikt bij het maken
van een patroon. Een 'frase' is een korte muziek-/
ritmepassage voor één instrument, zoals een ritmepatroon
voor de ritmepart, een baslijn voor de baspart of een
achtergrondakkoord voor de gitaarpart. Deze synthesizer
biedt geheugenruimte voor 256 van uw eigen
gebruikerfrasen.
De MOTIF XF heeft geen vooraf ingestelde frasen.
Een patroon bestaat uit 16 aparte tracks, een scenetrack en
een tempotrack (net als in een song). Zie pagina 12.
Een patroon bestaat uit 16 tracks waaraan de frase kan
worden toegewezen. MIDI-data kunnen niet rechtstreeks op
elke track worden opgenomen in de modus Pattern. Er wordt
opgenomen op een lege gebruikersfrase. De net gemaakte
frase wordt automatisch toegewezen aan de opnametrack.
Songketen
Wat is een patroon?
Sectie
Song 01 Song 22 Song 15
Patroonketen
Frase
Patroontrackstructuur
Patroontracks en -frasen
Sectie A Sectie B Sectie C
OPMERKING
Track 1
Track 2
:
Track 16
Frase 001
Frase 002
:
Frase 003
Frase 001
Frase 002
Frase 003
:
MIDI-data
MIDI-data
MIDI-data
: