User Manual

PERF SONG PATTERN MIX MASTER REMOTE UTILITY
QUICK SET
FILEVOICE
MOXF6/MOXF8 Naslaggids
Modus Song
Song Play
[F1] PLAY
[F2] GROOVE
[F3] TRACK
[F6] CHAIN
Songopname
Song Record Standby
[F1] SETUP
[F2] VOICE
[F3] ARP ED
[F5] CLICK
[F6] ALL TR
Tijdens de songopname
[F1] SETUP
[F3] REST
[F4] TIE
[F5] DELETE
[F6] BAK DEL
Arpeggio Edit
[F1] COMMON
[F2] TYPE
[F3] MAIN
[F4] LIMIT
[F5] PLAY FX
[F6] OUT CH
Song bewerken
[F1] CHANGE
[F2] VIEW FLT
[F4] TR SEL
[F5] INSERT
[F6] DELETE
Song Job
[F1] UNDO/REDO
[F2] NOTE
[F3] EVENT
[F4] MEAS
[F5] TRACK
[F6] SONG
Aanvullende informatie
83
QtzStrength (Quantize Strength)
Bepaalt de offsetwaarde voor 'QtzStrength' in de display [F5] PLAY FX. Deze parameter wordt toegepast
op alle partijen.
Instellingen: -100 – +0 – +100
VelocityRate
Bepaalt de offsetwaarde voor 'VelocityRate' in de display [F5] PLAY FX. Deze parameter wordt toegepast
op alle partijen.
Instellingen: -100 – +0 – +100
GateTimeRate
Bepaalt de offsetwaarde voor 'QtzTimeRate' in de display [F5] PLAY FX. Deze parameter wordt toegepast
op alle partijen.
Instellingen: -100 – +0 – +100
Swing
Bepaalt de offsetwaarde voor 'Swing' in de display [F5] PLAY FX. Deze parameter wordt toegepast op alle partijen.
Instellingen: -120 – +0 – +120
Dit zijn dezelfde als in de display Arpeggio Edit (pagina 27) van de modus Voice.
Dit zijn dezelfde als in de display Arpeggio Edit (pagina 27) van de modus Voice. De parameter 'Tempo' wordt niet
weergegeven in de display MAIN van de modus Song. In plaats daarvan is de volgende parameter beschikbaar
in deze display. De tempo-instelling voor arpeggio is hetzelfde als de tempo-instelling in de display Song Play.
VoiceWithARP (Voice with Arpeggio)
Aan elk arpeggiotype wordt een specifieke voice toegewezen die het best bij het type past. Met deze parameter wordt
bepaald of de toepasselijke voice die is geregistreerd voor elk arpeggiotype wordt toegewezen aan de bewerkte partij.
Als de parameter wordt ingesteld op 'on', wordt de toepasselijke voice toegewezen aan de bewerkte partij in plaats van
de huidige toegewezen voice. Als de parameter wordt ingesteld op 'off', wordt de toepasselijke voice niet toegewezen
aan de bewerkte partij. De momenteel toegewezen voice blijft behouden.
Dit zijn dezelfde als in de display Arpeggio Edit (pagina 28) van de modus Voice.
Dit zijn dezelfde als in de display Arpeggio Edit (pagina 28) van de modus Voice.
OutputSwitch
Als deze schakelaar is ingeschakeld, worden de arpeggio-afspeeldata uitgevoerd via MIDI.
Instellingen: off, on
TransmitCh (Zendkanaal)
Bepaalt het MIDI-zendkanaal voor de arpeggio-afspeeldata. Als het kanaal 'KbdCh' is ingesteld, worden de arpeggio-
afspeeldata uitgevoerd via het MIDI-zendkanaal van het toetsenbord ([UTILITY] [F6] MIDI KBDTransCh).
Instellingen: 1 – 16, KbdCh (toetsenbordkanaal)
[F2] TYPE
[F3] MAIN
[F4] LIMIT
[F5] PLAY FX (Play Effect)
[F6] OUT CH (Output Channel)