User Manual
PERF SONG PATTERN MIX MASTER REMOTE UTILITY
QUICK SET
FILEVOICE
MOXF6/MOXF8 Naslaggids
Modus Voice
Voice Play
[F1] PLAY
[F3] PORTA
[F4] EG
[F5] ARP ED
[F6] EFFECT
Arpeggio Edit
[F2] TYPE
[F3] MAIN
[F4] LIMIT
[F5] PLAY FX
Normal Voice Edit
Common Edit
[F1] GENERAL
[F2] OUTPUT
[F3] EQ
[F4] CTL SET
[F5] LFO
[F6] EFFECT
Element Edit
[F1] OSC
[F2] PITCH
[F3] FILTER
[F4] AMP
[F5] LFO
[F6] EQ
Drum Voice Edit
Common Edit
[F1] GENERAL
[F2] OUTPUT
[F3] EQ
[F4] CTL SET
[F6] EFFECT
Key Edit
[F1] OSC
[F2] PITCH
[F3] FILTER
[F4] AMP
[F6] EQ
Voice Job
[F1] INIT
[F2] RECALL
[F3] COPY
[F4] BULK
Aanvullende informatie
25
De modus Voice
De modus Voice wordt gebruikt voor het selecteren, afspelen en bewerken van de gewenste voices. In dit gedeelte
wordt elke parameter in de vier types beschreven (Voice Play, Normal Voice Edit, Drum Voice en Voice Job). Welke
parameters kunnen worden bewerkt varieert afhankelijk van het voicetype (normale voice en drumvoice).
Voice Play
De modus Voice Play is het belangrijkste 'portaal' voor het activeren van de modus Voice. Hier kunt u een voice
selecteren en afspelen. Bepaalde voice-instellingen kunnen ook in deze modus worden bewerkt.
De display Voice Play
1 Voice Bank
2 Voice Number
Geeft de geselecteerde voicebank en het voicenummer aan.
3 Favorite Category-indicator
Deze indicator wordt weergegeven als u de geselecteerde voice toewijst aan de Favorite Category.
4 Category
Geeft de hoofdcategorie en subcategorie van de geselecteerde voice aan.
5 TCH (zendkanaal)
Hiermee wordt het MIDI-zendkanaal van het keyboard aangegeven. U kunt het MIDI-zendkanaal van het keyboard
wijzigen door op de knop [TRACK] te drukken zodat de bijbehorende indicator oplicht en door op een van de
nummerknoppen [1] – [16] te drukken. Het MIDI-zendkanaal van het keyboard kan ook met de volgende handeling
worden gewijzigd: [UTILITY] [F6] MIDI [SF1] CH 'KBDTransCh.'
6 (Arpeggio Tempo)
Geeft het arpeggiotempo aan dat is ingesteld voor de geselecteerde voice.
OPMERKING
U kunt deze parameter ook instellen door de knop [SHIFT] ingedrukt te houden en verschillende keren herhaaldelijk
in het gewenste tempo op de knop [ENTER] te drukken. Deze functie wordt 'Tap Tempo' genoemd.
7 OCT (octaaf)
Geeft de Keyboard Octave-instelling aan.
[SF1] ARP1 (Arpeggio 1) – [SF6] ARP6 (Arpeggio 6)
De arpeggiotypen worden aan de knoppen toegewezen via de 1/8-nootsymbolen in de display. U kunt deze op elk
moment tijdens uw keyboardspel oproepen door op deze knoppen te drukken. U kunt het arpeggiotype instellen
in de display Arpeggio Edit (pagina 27).
Bediening
Druk op de knop [VOICE].
[F1] PLAY
135276
4