Operation Manual

VOORBEREIDINGEN Weergaveapparaten aansluiten Nl 33
S-videoaansluiting
Sluit een videoapparaat aan op het toestel met een S-videokabel en een audiokabel
(digitale coaxiale, digitale optische of stereo-plugkabel). Kies een set ingangen
(op het toestel), afhankelijk van welke video/audio-uitgangen beschikbaar zijn op het
videoapparaat.
Als u de signaalbron selecteert door op AV 1–4 op de afstandsbediening te drukken,
wordt de video/audio die op het videoapparaat wordt afgespeeld, weergegeven
vanaf het toestel.
Composietvideoaansluiting
Sluit een videoapparaat aan op het toestel met een video-plugkabel en een audiokabel
(digitale coaxiale, digitale optische of stereo-plugkabel). Kies een set ingangen
(op het toestel), afhankelijk van welke video/audio-uitgangen beschikbaar zijn op het
videoapparaat.
Als u de signaalbron selecteert door op AV 1–4 op de afstandsbediening te drukken,
wordt de video/audio die op het videoapparaat wordt afgespeeld, weergegeven
vanaf het toestel.
Uitgangen op videoapparaat
Ingangaansluitingen op het toestel
Video Audio
S-video
Digitaal coaxiaal AV 1–2 (S VIDEO + COAXIAL)
Digitaal optisch AV 3–4 (S VIDEO + OPTICAL)
Analoog stereo AV 1–4 (S VIDEO + AUDIO)
S VIDEO
S
S
R
L
COAXIAL
OPTICAL
CC
L
R
L
R
OO
Het toestel (achterzijde)
AV 1–4
(S VIDEO)-aansluitingen
Video-uitgang
(S-video)
Videoapparaat
Audio-uitgang
(digitaal coaxiaal, digitaal optisch,
analoog stereo)
AV 1–2 (COAXIAL),
AV 3–4 (OPTICAL),
AV 1–4 (AUDIO)-
aansluitingen
Uitgangen op videoapparaat
Ingangaansluitingen op het toestel
Video Audio
Composietvideo
Digitaal coaxiaal AV 1–2 (VIDEO + COAXIAL)
Digitaal optisch AV 3–4 (VIDEO + OPTICAL)
Analoog stereo AV 1–4 (VIDEO + AUDIO)
R
L
COAXIAL
OPTICAL
VIDEO
CC
L
R
L
R
OO
V
V
Het toestel (achterzijde)
AV 1–4 (VIDEO)-aansluitingen
Video-uitgang
(composietvideo)
Videoapparaat
Audio-uitgang
(digitaal coaxiaal, digitaal optisch,
analoog stereo)
AV 1–2 (COAXIAL),
AV 3–4 (OPTICAL),
AV 1–4 (AUDIO)-
aansluitingen
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10