Operation Manual
INSTELLINGEN ➤ Verschillende functies configureren (menu Setup) Nl 115
Network
Configureert de netwerkinstellingen.
■ IP Address
Configureert de netwerkparameters (zoals IP-adres).
❑ DHCP
Bepaalt of een DHCP-server wordt gebruikt.
Instellingen
■ Handmatige netwerkinstellingen
1
Stel “DHCP” in op “Off”.
2
Gebruik de cursortoetsen (q/w) om een parametertype te selecteren en druk
op ENTER.
3
Gebruik de cursortoetsen (e/r) om de invoegpositie te verplaatsen en de
cursortoetsen (q/w) om een waarde te selecteren.
4
Druk op ENTER om de instelling te bevestigen.
5
Als u een andere netwerkparameter wilt configureren, herhaalt u stap 2 tot 4.
6
Als u de wijzigingen wilt opslaan, gebruikt u de cursortoetsen om “OK” te selecteren en
drukt u op ENTER.
7
Druk op ON SCREEN om het menu te sluiten.
■ Network Standby
Bepaalt of het toestel kan worden ingeschakeld vanaf andere apparaten in het netwerk (netwerk
stand-by).
Instellingen
■ MAC Address Filter
Stelt het MAC-adresfilter in om te verhinderen dat andere netwerkapparaten toegang krijgen tot
het toestel.
❑ Filter
Schakelt het MAC-adresfilter in/uit.
Instellingen
❑ MAC Address 1–10
Hierin geeft u de MAC-adressen (maximaal 10) op van de netwerkapparaten die toegang mogen
hebben tot het toestel als “Filter” is ingesteld op “On”.
■ Procedure
1
Gebruik de cursortoetsen (q/w) om “MAC Address 1–5” of “MAC Address 6–10” te
selecteren en druk op ENTER.
2
Gebruik de cursortoetsen (q/w) om een MAC-adresgetal te selecteren en druk op ENTER.
3
Gebruik de cursortoetsen (e/r) om de invoegpositie te verplaatsen en de cursortoetsen
(q/w) om een waarde te selecteren.
4
Druk op ENTER om de instelling te bevestigen.
5
Als u de wijzigingen wilt opslaan, gebruikt u de cursortoetsen om “OK” te selecteren en
drukt u op ENTER.
6
Druk op ON SCREEN om het menu te sluiten.
Off
Er wordt geen DHCP-server gebruikt. U moet de netwerkparameters
handmatig configureren. Zie “Handmatige netwerkinstellingen” voor
meer informatie.
On (standaard)
Er wordt een DHCP-server gebruikt om de netwerkparameters
(zoals IP-adres) van het toestel automatisch te bepalen.
IP Address Hierin kunt u een IP-adres opgeven.
Subnet Mask Hierin kunt i een subnetmasker opgeven.
Default Gateway Specificeert het IP-adres dat aan dit toestel is toegewezen.
DNS Server (P) Hierin kunt u het IP-adres van de primaire DNS-server opgeven.
DNS Server (S) Hierin kunt u het IP-adres van de secundaire DNS-server opgeven.
Off (standaard) Schakelt de netwerk stand-byfunctie uit.
On
Schakelt de netwerk stand-byfunctie in.
(Het toestel verbruikt meer stroom dan wanneer “Off” is geselecteerd.)
Off (standaard) Schakelt het MAC-adresfilter uit.
On
Schakelt het MAC-adresfilter in. In “MAC Address 1–10” moet u de MAC-adressen
opgeven van de netwerkapparaten die toegang mogen hebben tot het apparaat.