Operation Manual

44
VWX
7
YZ
8
MNO
4
PQR
5
DEF
1
GH
2
NO
QUICK
ABC
0
VWX
7
YZ'
8
&
*
9
MNO
4
PQR
5
STU
6
DEF
1
GHI
2
JKL
NO/
QUICK PC
YES
3
ABC
0
SPACE
ENTER
<Cap.>Edited Performance
<Cap.>Scene 1/2 (position of the Sound Control Knobs)
<Cap.>Store
<Cap.>Memory
Preset Performance
1~128
PERFORMANCE STORE
User Performance
1~128
Edited Performance
Store Destination
STORE
SCENE STORE
Scene 1
Memory
6 Knob Position Scene 1/2
Ge-editte Performance
Store Destination (eindbestemming)
6 Knop Positie Scene 1/2
Geheugen
PERFORMANCE STORE SCENE STORE
Preset Performance User Performance
1 ~ 128 1 ~ 128
STORE
Store Mode
4
In de Store mode kunt u ge-editte Performances of Scenes store’n (opslaan) in het interne ge-
heugen van de CS1x. Om naar de Store mode te gaan moet u eerst in Performance mode zijn.
Een Performance Store’n (opslaan)
1. Na het editten van een performance moet u op de STORE
knop drukken om naar de Store mode te gaan.
PERFORMANCE MULTI
DEMO
STORE UTILITY
2. Selecteer het User Performance nummer waarin u de
Performance wilt store’n (opslaan) m.b.v. het numerieke
toetsenbord (0 ~ 9), PROGRAM [-]/[+] knoppen of Data
Entry knop.
Om een andere naam te geven aan de Performance
moet u de Performance Naam parameter selecteren in de
Performance Edit mode (zie pag. 24).
3. Druk op de ENTER/YES knop. Hierop verschijnt “Sure?”
in de display.
4. Druk nog een keer op ENTER/YES knop om de store
opdracht uit te voeren. De display keert na het store’n
van de data terug naar de Performance Play mode.
Druk op de NO knop om de store handeling te annuleren.
U kunt niet vanuit de Store mode naar de Multi Play-
of Utility mode gaan.
Als u de PERFORMANCE knop indrukt verlaat u de
Store mode.
Bij het store’n (opslaan) van een Performance worden de po-
sities van de Sound Control knoppen ook ge-store’d (opge-
slagen). Daarom zal de CS1x, bij het selecteren van de ge-
store’de (opgeslagen) User Performance in Performance Play
mode, een door de Sound Control knoppen beïnvloedt geluid
produceren (draait u even aan de knoppen keert het terug
naar het geluid volgens de huidige Sound Control knoppen).
Een Scene Store’n (opslaan)
Iedere Performance bevat twee “Scene” geheugens. Deze
functie is bedoeld om een Scene toe te wijzen, of de positie
van de zes Sound Control knoppen toe te wijzen aan de
SCENE 1 of SCENE 2 knop. Dit is in het bijzonder handig op
de bühne of bij het opnemen, omdat u een hele specifieke
verzameling instellingen kunt oproepen met één druk op
de knop.
Er kunnen twee in Scenes worden ge-store’d (opge-
slagen) in iedere Performance.
Als u over een bestaande, User Performance wilt
schrijven zal de data die voorheen in de betreffende Perfor-
mance zat verloren gaan. Voor de veiligheid kunt u belang-
rijke data het beste altijd op een extern opslagmedium zoals
de Yamaha MDF2 MIDI Data Filer store’n (opslaan). Als u wilt
kunt u vervolgens de staat van de User Performances terug-
brengen naar de originele fabrieksinstellingen. Zie pag. 46
Fabrieksinstellingen voor details.
Als u een Scene eenmaal hebt ge-store’d (opgesla-
gen) in de edit buffer (tijdelijk bewaard), moet u, om de Scene
data permanent te store’n (opslaan) de Performance Store
handeling verrichten, zie hierboven. Doet u dit niet verliest u
de Scene instellingen zodra u een andere Performance se-
lecteert of naar Multi Play mode gaat.