Installation Guide

8 CX Print Server Handleiding voor een snelle aansluiting
De netwerkinstellingen configureren
Het IP-adres configureren
Voer de volgende stappen alleen uit wanneer u de standaardinstellingen wilt
wijzigen. Zie Stap 2: De systeemconfiguratie bekijken en afdrukken op pagina 6.
1. Selecteer in de werkruimte van de CX Print Server Bestand > Voorkeuren.
2. Selecteer de parameter Netwerkinstellingen.
3. Klik in het gebied TCP/IP op Wijzigen.
4. Selecteer Gebruik het volgende IP-adres.
5. Typ het nieuwe IP-adres, Subnetmasker en de Standaardgateway (volgens
de informatie van de netwerkbeheerder).
6. Voer indien nodig de de DNS-serveradressen in (volgens de informatie van
de netwerkbeheerder).
7. Kli k op OK.
8. Klik op OK in het venster Eigenschappen lokale netwerkverbinding.
9. Klik op Ja als de prompt verschijnt om de computer opnieuw te starten.
10. Klik op Opslaan in het venster Voorkeuren.
Het IPv6-adres configureren
Voer de volgende stappen alleen uit wanneer u de standaardinstellingen wilt
wijzigen (zie stap 2 voor de standaardinstellingen).
1. Selecteer in de werkruimte van de CX Print Server Bestand > Voorkeuren.
2. Selecteer Netwerkinstellingen.
3. In het IPv6-gebied selecteert u het selectievakje IPv6 om IPv6-addressering
in te schakelen.
Het volgende bericht verschijnt:
U moet de toepassing opnieuw starten om de nieuwe instellingen door
te voeren.
4. Klik op OK.
5. Typ het nieuwe IPv6-adres (volgens de informatie van de netwerkbeheerder).
6. Klik op Opslaan in het venster Voorkeuren.
De AppleTalk-zone configureren
Voer de volgende stappen alleen uit wanneer u de standaardinstellingen wilt
wijzigen (zie stap 2 voor de standaardinstellingen).
1. Selecteer in de werkruimte van de CX Print Server Bestand > Voorkeuren.
2. Selecteer Netwerkinstellingen.
3. Klik in het gebied AppleTalk-instellingen op Wijzigen.
Het venster Eigenschappen AppleTalk-protocol verschijnt.
4. Selecteer in de zonelijst de gewenste AppleTalk-zone voor de computer
en klik op OK.