Operation Manual
17 Woordenlijst
Xerox WorkCentre 7132 Handleiding voor de gebruiker 485
Ingebonden originelen Een scanoptie waarbij tegenover elkaar liggende pagina's van
een ingebonden document op twee aparte vellen papier
worden gekopieerd.
Internet Een wereldwijd communicatienetwerk dat verschillende
netwerken met elkaar verbindt.
Internetfax In tegenstelling tot een standaard faxapparaat gebruikt
internetfax bedrijfsnetwerken of internet om e-mails te
versturen of ontvangen (TIFF-bijlagen).
IP Een afkorting van "Internet Protocol". Dit is een
communicatieprotocol van de netwerklaag dat door
verschillende computerplatforms wordt ondersteund. IP regelt
de route van de gegevens.
Kaderlimiet Een drempelwaarde voor de lengte van een verzonden
document voordat het document in aparte pagina's wordt
verdeeld.
Er wordt één extra vel gebruikt wanneer de lengte van het
verzonden document langer is dan de lengte van het papier
dat in de ontvangende terminal is geplaatst. Een marge aan
de onderste rand van een ontvangen document kan worden
verwijderd, zodat de informatie op één pagina kan worden
afgedrukt. De ruimte die aan de onderste rand van een
document kan worden verwijderd, is de kaderlimiet. Wanneer
de kaderlimietwaarde laag is, wordt de informatie op de
volgende pagina afgedrukt. Maar wanneer deze groot is, kan
een groter deel worden verwijderd, zodat de informatie op één
pagina kan worden afgedrukt.
Kettingkiezen Een enkelvoudige kiesopdracht waarbij het kiezen via het
toetsenbord en telefoonboeklocaties met elkaar worden
verbonden voor een enkele kiesbewerking.
Kiestoon Er klinkt een toon uit de telefoonlijn wanneer een extern
apparaat een oproep ontvangt. U weet dan dat u met het
apparaat bent verbonden.
Kiestype Het kiestype van de verbonden lijn. Het apparaat biedt de
opties Toon en 10 pps.
Kiezen Een telefoonnummer gebruiken voor het versturen van een
document. De beschikbare kiesmethoden zijn o.a.: handmatig
kiezen met de aantaltoetsen, snelkiezen, het adresboek, enz.
Kleurgradatie Hoe vloeiend kleuren in elkaar overlopen. Hoe hoger het
aantal gradatiestappen, des te vloeiender is de
kleurovergang.
Knooppunt Een nummer dat een toegangspunt op een netwerk aangeeft.
Het werkt als een adres.
Kop/kop Een 2-zijdig document, waarbij op de tweede zijde de kop van
het beeld de kop van de pagina is. Hierbij worden de pagina's
aan de zijkant omgeslagen.










