Operation Manual

Scannen WorkCentre
®
5845/5855/5865/5875/5890
270 Handleiding voor de gebruiker
6. Selecteer een sjabloontype in het keuzemenu Alle sjablonen.
7. Om eventueel te zorgen dat de nieuwste sjablonen beschikbaar zijn, selecteert u Sjablonen
bijwerken op het tabblad Geavanceerde instellingen.
8. Selecteer de gewenste sjabloon.
9. Selecteer het tabblad Opmaakaanpassing.
10. Selecteer de toets Randen wissen.
11. Selecteer de gewenste optie voor Randen wissen.
Alle randen: hiermee wordt een gelijke hoeveelheid van alle randen gewist. Gebruik de
pijltoetsen om de hoeveelheid die gewist moet worden, aan te passen van 3 tot 50 mm
(0,1 tot 2,0 inch) of selecteer het invoerveld en voer de gewenste hoeveelheid in via de
aantaltoetsen.
Afzonderlijke randen: hiermee kunt u verschillende hoeveelheden van iedere rand op
zijde 1 en zijde 2 wissen. Gebruik de pijltoetsen om de hoeveelheid die gewist moet
worden, aan te passen van 3 tot 50 mm (0,1 tot 2,0 inch) of selecteer het desbetreffende
invoerveld en voer de gewenste hoeveelheid in via de aantaltoetsen.
12. Selecteer de toets OK.
13. Druk op de Start-toets op het bedieningspaneel om het origineel te scannen.
14. Verwijder het origineel uit de AOD of van de glasplaat wanneer het scannen is voltooid.
15. Druk op de toets Opdrachtstatus op het bedieningspaneel om de opdrachtenlijst te bekijken
en de status van de opdracht te controleren.
Meer informatie
Uitleg over de functies en werking van Werkstroom scannen
Een gebruikers-ID gebruiken voor aanmelden op het apparaat
Internet Services gebruiken om de contactgegevens van de systeembeheerder te vinden
System Administrator Guide (Handleiding voor de systeembeheerder) www.xerox.com/support.
Beschrijvende gegevens toewijzen aan een werkstroomscanopdracht
Een nieuwe sjabloon maken in Internet Services
Blanco pagina's wissen van werkstroomscan-originelen tijdens het scannen
Met Werkstroom scannen kunt u papieren documenten omzetten in elektronische beelden en deze
op netwerkopslagbestemmingen (opslagplaatsen) opslaan.
Als u een scan maakt, moet u daarbij een sjabloon gebruiken. De sjabloon bevat het
opslagbestemmingsadres en andere scaninstellingen, zoals de afdrukkwaliteit. Bij het maken van
een scan kunt u wel de scaninstellingen wijzigen, maar niet de opslagbestemming.
Opmerking: De systeembeheerder moet deze optie beschikbaar stellen.
Als Verificatie of Accountadministratie op het apparaat is ingeschakeld, moet u eventueel
aanmeldgegevens invoeren om toegang tot de functies van Werkstroom scannen te krijgen.