Operation Manual
Faxen WorkCentre
®
 5845/5855/5865/5875/5890 
Handleiding voor de gebruiker 191
Faxresolutie opgeven (serverfax)
Met Serverfax kunt u documenten scannen en verzenden naar elk type faxapparaat dat is 
aangesloten op een telefoonnetwerk. De beelden worden vanaf het apparaat naar een externe 
faxserver gestuurd, die de beelden via het telefoonnetwerk doorstuurt naar het door u opgegeven 
faxnummer.
Opmerking: De systeembeheerder moet deze optie beschikbaar stellen.
Als Verificatie of Accountadministratie op het apparaat is ingeschakeld, moet u eventueel 
aanmeldgegevens invoeren om toegang tot de serverfaxfuncties te krijgen.
Met de opties voor Resolutie kunt u de kwaliteit van het beeld en de verzendtijd tegen elkaar 
afwegen, als u het beeld via een netwerk gaat verzenden. Hoe hoger de resolutie, des te beter de 
beeldkwaliteit maar des te langer de verzendtijd. Hoe lager de resolutie, des te lager de 
beeldkwaliteit maar des te korter de communicatietijd.
1.  Plaats uw documenten met de beeldzijde omhoog in de invoerlade van de AOD. Pas de geleider 
zodanig aan dat deze de documenten net raakt.
Of
Til de AOD op. Plaats het document met de beeldzijde omlaag in de linkerbovenhoek aan de 
achterkant van de glasplaat. Sluit de AOD.
2.  Druk op de toets Alle wissen op het bedieningspaneel om alle eerder geselecteerde 
instellingen te annuleren.
3.  Druk op de toets Startpagina Functies.
4.  Selecteer de toets Serverfax.
5.  Selecteer zo nodig het tabblad Serverfax. Dit is meestal het actieve tabblad wanneer de 
functie Serverfax wordt geopend.
6. Selecteer het invoervak Faxnummer invoeren en gebruik de aantaltoetsen, of de 
aantaltoetsen op het aanraakscherm, om het faxnummer van de ontvanger in te voeren.
7.  Selecteer de toets Toevoegen.
• Als u het document naar meer dan één ontvanger wilt verzenden, voert u de aanvullende 
gegevens voor elke ontvanger in en selecteert u nogmaals de toets Toevoegen totdat alle 
ontvangers zijn toegevoegd.
8.  Selecteer de toets Sluiten om de door u ingevoerde informatie op te slaan.
9.  Selecteer de toets Resolutie.
10. Selecteer de gewenste optie voor Resolutie.
• Standaard (200 x 100 dpi): deze resolutie vraagt de kortste verzendtijd, maar levert een 
minder hoge kwaliteit bij grafische afbeeldingen en foto's. Dit is de aanbevolen resolutie 
voor tekstdocumenten.
• Fijn (200 dpi): met deze resolutie worden tekst van gemiddelde kwaliteit en foto's en 
afbeeldingen van lage kwaliteit geproduceerd. Deze resolutie wordt aanbevolen voor 
tekstdocumenten en lijntekeningen van gemiddelde kwaliteit.
11. Druk op de Start-toets op het bedieningspaneel om het origineel te scannen.
12. Verwijder het origineel uit de AOD of van de glasplaat wanneer het scannen is voltooid.
13. Druk op de toets Opdrachtstatus op het bedieningspaneel om de opdrachtenlijst te bekijken 
en de status van de opdracht te controleren. 
Meer informatie
Een gebruikers-ID gebruiken voor aanmelden op het apparaat










