Operation Manual
Systeeminstellingen
Xerox WorkCentre 3315DN/3325DN/3325DNI
Handleiding voor de gebruiker
177
Luchtdrukcorrectie Het xerografische proces dat
voor afdrukken wordt gebruikt op
het apparaat, wordt beïnvloed
door de luchtdruk. De luchtdruk
wordt bepaald door de hoogte
van het apparaat ten opzichte
van de zeespiegel. Als u deze
toepassing inschakelt, worden
luchtdrukverschillen automatisch
door het apparaat gecorrigeerd.
• Normaal *
• Hoog 1
• Hoog 2
• Hoog 3
Automatisch doorgaan Bepaalt of het apparaat wel of
niet doorgaat met afdrukken als
het papier niet overeenkomt met
de papierinstellingen.
•Aan *
•Uit
Regelbeëindiging Stelt de standaard
regelbeëindiging in.
•LF *
•LF+CR
Automatische ladekeuze Bepaalt of het apparaat wel of
niet doorgaat met afdrukken als
het papier in een lade opraakt.
Als u Aan selecteert, wordt zo
mogelijk overgeschakeld op het
papier in een andere lade en
gaat het afdrukken gewoon
door.
•Aan *
•Uit
Papiervervanging Vervangt automatisch het
papierformaat van de
printerdriver, zodat er geen
conflict ontstaat tussen Letter en
A4. Als u bijvoorbeeld A4-papier
in de lade hebt geplaatst en
Letter selecteert in de
printerdriver, drukt het apparaat
af op A4-papier en andersom.
•Aan
•Uit *
Fout papier Bepaalt of de foutmelding over
verkeerd papier wel of niet
genegeerd wordt. Als u Uit
selecteert, gaat het apparaat
door met afdrukken, ook al
bestaat er een papierconflict.
•Aan *
•Uit
Tonerbesparing Als u deze modus activeert, gaat
de tonercassette langer mee en
worden kosten bespaard. De
afdrukkwaliteit kan hierdoor
enigszins achteruitgaan.
•Aan
•Uit *
Optie Beschrijving Instellingen










