Operation Manual

30 _Aan de slag
5. De lijst met in het netwerk beschikbare apparaten verschijnt. Selecteer
in deze lijst de printer die u wilt installeren en klik op Volgende.
Als uw apparaat niet in de lijst voorkomt, klikt u op Bijwerken om de
lijst te vernieuwen of selecteert u TCP/IP-poort toevoegen. om uw
apparaat aan het netwerk toe te voegen. Als u het apparaat aan het
netwerk wilt toevoegen moet u de poortnaam en het IP-adres voor
het apparaat invoeren.
Om het IP-adres of het MAC-adres van uw apparaat te controleren
drukt u een netwerkconfiguratiepagina af. (Zie "Rapporten
afdrukken" op pagina 64.)
Selecteer Gedeelde printer (UNC) om een gedeelde netwerkprinter
(UNC-pad) te vinden en voer de gedeelde naam handmatig in of
zoek een gedeelde printer door te klikken op de Bladeren- toets.
6. Nadat de installatie is voltooid, verschijnt een venster met de vraag of u
een testpagina wilt afdrukken. Selecteer desgewenst het (de)
overeenkomstige selectievakje(s) en klik op Voltooien.
Er verschijnt een venster waarin u wordt gevraagd om u te registreren
als gebruiker van Xerox-apparaten zodat u informatie van Xerox kunt
ontvangen.
Basisinstellingen van het apparaat
Nadat de installatie is voltooid, kunt u de standaardinstellingen van het
apparaat opgeven. Raadpleeg het volgende hoofdstuk om waarden in te
stellen of te wijzigen.
Luchtdrukaanpassing
De afdrukkwaliteit wordt beïnvloed door de atmosferische druk die
afhankelijk is van de hoogte boven het zeeniveau waarop het apparaat zich
bevindt. Aan de hand van de volgende informatie kunt u uw apparaat
instellen voor een optimale afdrukkwaliteit.
Voor u de hoogte instelt, moet u nagaan op welke hoogte het apparaat
wordt gebruikt.
1. Zorg ervoor dat u het printerstuurprogramma hebt geïnstalleerd met de
bijgeleverde cd-rom met printersoftware.
2. Selecteer in het menu Start in Windows Alle programma’s > naam van
uw printerstuurprogramma > Hulpprogramma Printerinstellingen.
3. Klik op Instelling. > Luchtdrukaanpassing. Selecteer de juiste waarde
in de vervolgkeuzelijst en klik op Toepassen.
De taal op het display wijzigen
Volg de onderstaande stappen om de taal op het display te wijzigen:
1. Druk op Menu tot Systeeminst. op de onderste regel op het display
verschijnt, en druk op OK.
2. Druk op OK wanneer Apparaatinst. verschijnt.
3. Druk op de pijl-links/rechts tot Taal verschijnt en druk vervolgens op OK.
4. Druk op de pijl-links/rechts tot de gewenste taal verschijnt en druk
op OK.
5. Druk op Stop/Clear om terug te keren naar gereedmodus.
Als u niet zeker bent van het IP-adres, neem dan contact op met
de netwerkbeheerder of druk de netwerkgegevens af. (Zie
"Rapporten afdrukken" op pagina 64.)
Als uw apparaat na de installatie niet naar behoren werkt,
probeer dan het printerstuurprogramma opnieuw te installeren.
Zie Software.
Tijdens de installatie van het printerstuurprogramma detecteert
het installatieprogramma de locatie van het besturingssysteem
en wordt het standaardpapierformaat voor het apparaat
ingesteld. Als u een andere Windows-locatie gebruikt, moet u
het papierformaat aanpassen aan het papier dat u normaal
gebruikt. Ga naar de printereigenschappen om het
papierformaat te wijzigen nadat de installatie is voltooid.
1 Normaal
2 Hoog
Als uw apparaat is aangesloten op een netwerk, kunt u
CentreWare IS invoeren door het IP-adres van het apparaat op de
adresbalk van uw browser te typen. Klik op Properties > General
> Printer Default. Selecteer de juiste hoogte-instelling en klik op
Apply.
0