User Guide
Opdracht uitvoeren met behulp van de DocuSP-webinterface
4-22 Afdrukken met Xerox Production Print Services
Toonreproductiekrommen (TRC's) instellen
In het menu Toonreproductiecurven kunt u een reeks van vier
intensiteitsoverdrachtfuncties selecteren, voor cyaan,
magenta, geel en zwart, om de intensiteit van de
afdrukkleuren aan te passen. Het menu bevat een lijst van de
overdrachtsfuncties die op de controller zijn gedefinieerd.
Anti-aliasing instellen
Met de optie [Anti-aliasing] kunt u problemen met de aliasing
verminderen die zich kunnen voordoen in een beeld. Aliasing
is de onnauwkeurige weergave van lijnbreedte en positie
zodat randen er hoekig uitzien. Indien anti-aliasing wordt
ingeschakeld, gebruikt het systeem tussenliggende niveaus
van beeldintensiteit om de nauwkeurigheid van lijntekeningen
te verbeteren en het gerafelde effect te verkleinen.
Voor het inschakelen van anti-aliasing, het selectievakje
[Anti-aliasing] aankruisen.
Kleurtoepassingen instellen
Met het vak [Kleurtoepassingen] kunt u de kleurkenmerken
instellen voor een optimale afdrukkwaliteit bij fullcolour
afdrukken. Met deze opties kunt u allerlei wijzigingen
aanbrengen in de manier waarop gekleurde gebieden
worden afgedrukt.
U kunt de volgende instellingen verrichten in het veld Kleur
optimaliseren:
• Afdrukken als grijstinten: Dit is een selectievakje
waarmee u kunt instellen of de opdracht in kleur of
monochroom (grijswaarden) dient te worden afgedrukt.
• Trapping (overlapping): Hiermee compenseert u voor
verkeerde registratie die plaatsvindt op de printer.
Wanneer kleurvlakken niet exact ten opzichte van elkaar
worden geregistreerd (geplaatst), kunnen langs de
randen van objecten witte gaten en gebieden met
verschoven tinten ontstaan. Wanneer het selectievakje
[Overlappen] is aangekruist, worden registratieproblemen
gemaskeerd, waardoor een betere kleurenafdruk wordt
verkregen. De juiste breedte voor overlappen selecteren.