Operation Manual
Bezig met afdrukken
84 ColorQube 8700/8900-multifunctionele kleurenprinter
Handleiding voor de gebruiker
Een openbare opgeslagen afdrukopdracht verzenden
1. Selecteer op het tabblad Papier/Aflevering in het menu Opdrachttype de optie
Opgeslagen opdracht.
2. Voer in het venster Opslagen opdracht voor Opdrachtnaam een van de volgende
handelingen uit:
Typ een naam voor de opdracht.
Klik op de pijl rechts van het veld en selecteer een naam uit de lijst.
Klik op de pijl rechts van het veld en selecteer Documentnaam gebruiken om de naam van
het document te gebruiken.
De printerdriver bewaart 10 namen. Wanneer een 11e naam wordt toegevoegd, wordt de minst
gebruikte naam automatisch uit de lijst verwijderd. Selecteer Lijst wissen om namen behalve de
geselecteerde naam uit de lijst te verwijderen.
3. Ga als volgt te werk bij Map:
Voer een naam in voor de map.
Klik op de pijl rechts van het veld en selecteer een naam uit de lijst.
Klik op de pijl rechts van het veld en selecteer Standaard openbare map om de openbare
map te gebruiken.
4. Selecteer Openbaar.
5. Klik op OK.
6. Controleer of het formaat, de soort en het gewicht van het papier kloppen. Zo niet, wijzig dan
de papierinstellingen.
Opmerking: U kunt het papier voor uw afdrukopdracht selecteren met behulp van Selecteren per lade.
7. Selecteer een optie voor 2-zijdig afdrukken.
8. Selecteer een nietoptie als er een afwerkeenheid op uw printer is geïnstalleerd. In de afbeelding
naast Nieten wordt de nietpositie weergegeven.
9. Selecteer een afdrukkwaliteitsmode.
10. Klik op OK of op Afdrukken.
11. Selecteer de opdracht die u wilt afdrukken uit de opdrachtenlijst op het bedieningspaneel van
de printer.
12. Klik op OK.
Als de opdracht is opgeslagen, kunt u de opdracht naar wens afdrukken. Zie Afdrukken vanuit
Opgeslagen opdrachten op pagina 87 voor meer informatie.
Een privé opgeslagen afdrukopdracht verzenden
1. Selecteer op het tabblad Papier/Aflevering in het menu Opdrachttype de optie Opgeslagen
opdracht.
2. Voer in het venster Opslagen opdracht voor Opdrachtnaam een van de volgende
handelingen uit:
Typ een naam voor de opdracht.
Klik op de pijl rechts van het veld en selecteer een naam uit de lijst.
Klik op de pijl rechts van het veld en selecteer Documentnaam gebruiken om de naam van
het document te gebruiken.