Operation Manual
Faxen
ColorQube 8700/8900-multifunctionele kleurenprinter 149
Handleiding voor de gebruiker
3. Pas het contrast aan in het scherm Beeldverbetering:
Kies Handmatig contrast om het contrast zelf aan te passen. Verplaats de schuifbalk voor
Handmatig contrast omhoog of omlaag om het contrast te verhogen of verlagen. In de
middelste stand, Normaal, wordt het contrast niet gewijzigd.
Kies Auto contrast om het contrast door de printer te laten instellen.
4. Druk op Opslaan.
De richting van het origineel opgeven
1. Druk op de toets Startpagina Functies en druk vervolgens op Serverfax.
2. Druk op het tabblad Opmaakaanpassing en druk vervolgens op Origineelrichting.
3. Druk op de gewenste richting in het scherm Origineelrichting:
Staande beelden en Liggende beelden hebben betrekking op de richting waarin de
originelen in de AOD zijn geplaatst.
Portretoriginelen en Landschaporiginelen hebben betrekking op de richting van de
beelden op de originelen.
Opmerking: Als u de glasplaat gebruikt, is de richting van het origineel zoals u deze ziet voordat u het
origineel op de glasplaat omdraait.
4. Druk op Opslaan.
Het formaat van het origineel opgeven
Om te zorgen dat u het juiste gebied van de documenten scant, geeft u het origineelformaat op.
Het origineelformaat opgeven:
1. Druk op de toets Startpagina Functies en druk vervolgens op Serverfax.
2. Druk op het tabblad Opmaakaanpassing en druk vervolgens op Origineelformaat.
3. Selecteer een van de volgende opties in het scherm Origineelformaat:
Auto-herkenning - hiermee stelt de printer het formaat van het origineel vast.
Voorinstellingen scangebieden - hiermee geeft u het te scannen gebied op, als dit
overeenkomt met een standaard papierformaat. Selecteer het juiste papierformaat in de
keuzelijst.
Aangepast scangebied - hiermee kunt u de hoogte en breedte opgeven van het te scannen
gebied. Druk op de pijlen Hoogte-Y en Breedte-X om het gebied op te geven.
Gemengde origineelformaten - hiermee kunt u originelen van verschillende
standaardformaten scannen. Gebruik het schema in het scherm om te bepalen welke
verschillende origineelformaten in dezelfde opdracht kunnen worden gebruikt.
4. Druk op Opslaan.