Operation Manual
Bezig met scannen 
126  ColorQube 8700/8900-multifunctionele kleurenprinter 
  Handleiding voor de gebruiker 
7.  De kwaliteit en bestandsgrootte instellen: 
a.  Druk op Kwaliteit/bestandsgrootte. 
b.  Gebruik de schuifbalk in het scherm Kwaliteit/bestandsgrootte om een instelling te 
selecteren. De instellingen variëren van Normale kwaliteit en Kleine bestandsgrootte tot 
Hoogste kwaliteit en Grootste bestandsgrootte. 
c.  Druk op Opslaan. 
8.  Nieuwe sjablonen ophalen en verouderde sjablonen verwijderen: 
a.  Druk op Sjablonen bijwerken > Nu bijwerken. 
b.  Druk op Bevestigen. 
Opmaakaanpassingen selecteren 
De optie Opmaakaanpassing voorziet in extra instellingen voor het formaat en de richting van het 
origineel en voor het wissen van de randen. 
Opmaakaanpassingen selecteren: 
1.  Druk op de toets Startpagina Functies en druk vervolgens op Werkstroom Scannen. 
2.  Druk op het tabblad Opmaakaanpassing. 
3.  De richting van het originele beeld opgeven: 
a.  Druk op Origineelrichting. 
b.  Selecteer een van de volgende opties in het scherm Origineelrichting: 
  Staande beelden en Liggende beelden hebben betrekking op de richting waarin de 
originelen in de AOD zijn geplaatst. 
  Portretoriginelen en Landschaporiginelen hebben betrekking op de richting van de 
beelden op de originelen. 
c.  Druk op Opslaan. 
4.  Het juiste gebied van het originele beeld scannen: 
a.  Druk op Origineelformaat. 
b.  Selecteer een van de volgende opties in het scherm Origineelformaat: 
  Auto-herkenning - hiermee stelt de printer het formaat van het origineel vast. 
  Voorinstellingen scangebieden - hiermee geeft u het te scannen gebied op, als dit 
overeenkomt met een standaard papierformaat. Selecteer het juiste papierformaat in 
de keuzelijst. 
  Aangepast scangebied - hiermee kunt u de hoogte en breedte opgeven van het te 
scannen gebied. Druk op de pijlen Hoogte-Y en Breedte-X om het gebied op te geven. 
  Gemengde origineelformaten - hiermee kunt u originelen van verschillende 
standaardformaten scannen. Gebruik het schema in het scherm om te bepalen welke 
verschillende origineelformaten in dezelfde opdracht kunnen worden gebruikt. 
c.  Druk op Opslaan. 
5.  De hoeveelheid opgeven die van de randen van het beeld moet worden gewist: 
a.  Druk op Randen wissen. 
b.  Selecteer een van de volgende opties in het scherm Randen wissen: 
  Alle randen - hiermee wordt dezelfde hoeveelheid gewist van alle vier randen. Druk op 
de pijlen van Alle randen om de hoeveelheid op te geven die van de randen moet 
worden gewist. 










