User manual
Opheffen van storingen
i
Fout
De aandrijving functioneert niet.
Oorzaken
1. De stekker is er niet veilig in-
gestoken.
2. De beveiliging is geactiveerd.
Oplossing
1. Doe de stekker in het stopcontact.
2. Laat de oorzaak door een technicus
nakijken, schakel daarna de
zekering weer in.
De handzender kan de
aandrijving niet bedienen.
De reikwijdte van de handzender is
te gering.
De ketting beweegt, maar de poort niet.
In bedrijf is een schurend geluid te
horen.
De ketting hangt door en maakt lawaai.
1. De handzender is eventueel
fout aangemeld, of niet aangemeld.
2. De batterij is leeg.
De batterij is mogelijk leeg.
De noodontgrendeling is mogelijk
geactiveerd.
Er is misschien sprake van een gebrek
aan smeermiddel tussen de rails
en de kettingsledes na een lange
bedieningstijd.
De ketting is vanwege lang gebruik
zonder smeermiddel tussen de rails en
de kettingsledes los.
1. Stel de handzender opnieuw in,
zie pagina 28.
2. Plaats een nieuwe batterij.
Vervang de batterij door een van
hetzelfde type.
Bedien de aandrijving tot de nood-
ontgrendeling automatisch weer
vergrendelt.
Smeer de plek tussen de rails en
de kettingsledes met een geschikt
smeermiddel.
Span de ketting zoals op pagina 15
beschreven en breng een geschikt
smeermiddel op de ketting aan.
33
NL