User Documentation

301
4326440000/04/12.2016
6 Bediening
Voor labelen is het normale proces:
Start de software
Stel de printtaak in
Laad de plotter met labelingsmateriaal
Zet de plotter aan
Start de printtaak.
Zorg er voor het inschakelen van de plotter
voor, dat er geen objecten op het schrijfop-
pervlak en vlakbij de plotter zijn welke de
beweging van de schrijfarm zouden kunnen
belemmeren.
6.1 De schrijfhulp in- en uitschakelen
Verzeker, als u de schrijfhulp wilt gebruiken,
dat de schrijfborden zijn geplaatst.
De schrijfhulp kan alleen worden in- of uitgeschakeld
bij inschakelen van de plotter.
Druk op de Penstation toets en houd deze ingedrukt
tijdens indrukken van de ON toets.
Laat beide toetsen los.
De STOP LED licht rood op, terwijl de ON uit blijft.
Na een korte periode, zal de Penstation LED de huidige
status aanduiden;
Als de Penstation LED geel oplicht, is de schrijfhulp
UIT
Als de Penstation LED geel knippert, is de schrijfhulp
AAN
Om de status te wijzigen, de Penstation toets indruk-
ken.
Om de instelling op te slaan, de STOP toets indruk-
ken.
Als de plotter naar de bewerkingsmodus wisselt, licht
de ON groen op.
6.2 De toegang tot het penstation in- en uit-
schakelen
Bij gebruik van de STI-pen voor het labelen,
moet de toegang tot het penstation worden
gedeactiveerd in de M-Print
®
PRO software.
Open het printmenu.
Selecteer "Geen pen".
Sla de instelling op.
6.3 Het schrijfproces pauzeren/stopmodus
U kunt een schrijfproces op ieder moment pauzeren
en het later voortzetten.
Druk op de STOP toets om een lopend schrijfproces
te pauzeren en opnieuw te starten.
De plotterpen wordt in het penstation geplaatst en de
plotter beweegt naar de rechter bovenhoek van het
schrijfgebied. De STOP LED licht rood op.
Druk op de STOP toets om een gepauzeerd schrijfpro-
ces voort te zetten.
De plotter hervat en gaat verder met het schrijfproces
vanaf het punt waar werd gepauzeerd.
6.4 Het schrijfproces annuleren/het datage-
heugen wissen
Als u een schrijfproces wilt annuleren, moet u de hui-
dige printgegevens wissen uit het geheugen.
Wissel naar de stopmodus (STOP toets).
Druk op de Clear buffer toets.
De gegevens worden gewist en de Clear buffer led
gaat uit.
Druk op de STOP toets om terug te gaan naar de be-
drijfsmodus.