Instructions
86
f) Diodetest
   Controleer of alle te meten schakeldelen, schakelingen en componenten evenals andere meetobjecten 
absoluut spanningsloos en ontladen zijn. 
-   Schakel de DMM in en kies het meetbereik   . 
-   Druk op de knop “SELECT” om naar de meetfunctie “Diodetest” om te 
schakelen. Op het scherm verschijnt het diodesymbool.
-   Verbind de rode meetleiding met de V-meetbus (7), de zwarte meetleiding 
met de COM-meetbus (6).
-   Controleer de meetsnoeren op doorgang door beide meetstiften met elkaar 
te verbinden. Nu moet zich een waarde van ca. 000 V instellen. 
- Sluit nu de beide meetsnoeren aan op het meetobject (diode).
-   Op het scherm wordt de doorlaatspanning “UF” in volt (V) weergegeven 
(voorbeeldwaarde in de schets: 0,621 V). Het meetbereik gaat tot 1,999 V. 
-   Als “OL” verschijnt, wordt de diode in sperrichting (UR) gemeten of is 
de diode defect (onderbreking). Voer ter controle een meting door met 
omgekeerde polariteit. 
-   Verwijder na het meten de meetsnoeren van het meetobject en schakel de 
DMM uit.
g) Contactloze AC-spanningsherkenning (NCV)
   Deze functie is niet toegelaten voor het vaststellen van de spanningsvrijheid in elektrische installaties. 
Daarvoor moet altijd een 2-polige meting worden uitgevoerd.
Door de NCV-functie (“non-contact-voltage detection”) wordt contactloos de aanwezigheid 
van spanning bij leidingen gedetecteerd. De NCV-sensor (1) is aan de voorzijde van het 
meetapparaat aangebracht en met het symbool   gemarkeerd. 
De weergave van een mogelijke wisselspanning gebeurt alleen akoestisch en het geluid 
neemt met de hoogte van de spanning aan volume toe. Het scherm geeft alleen de meet-
functie “NCV” en de afkorting “EF” (voor “Elektromagnetisch Veld”) weer.
-   Maak alle meetdraden los van het meetapparaat Voor deze functie zijn er geen meetdra-
den nodig.
-   Schakel de DMM in en kies de functie “NCV”.
-   Voer het meetapparaat met de voorzijde aan een bekende AC-spanningsbron uit. Voer 
deze test altijd uit om verkeerde detecties te vermijden. Het meetapparaat begint te 
piepen wanneer een wisselspanning aanwezig is.
-   Voer de controle aan de voorziene leiding, etc. uit.
-   Schakel na het einde van de test de DMM uit.
    Door de hooggevoelige NCV-sensor kan een spanningsherkenning ook bij 
statische opladingen gebeuren. Dit is normaal en geen defect.










