User manual
130
Voer de volgende procedure uit om wisselstroom (A ) te meten.
-   Zet de DMM aan en selecteer de meetfunctie „A“, „mA“ of „µA“. -  Druk op de knop “SELECT” om naar het 
AC-meetbereik te schakelen. Op het display verschijnt “AC” en “TRMS”. Door nogmaals op de knop te drukken, 
wordt weer teruggeschakeld enz.
-   In de tabel worden de verschillende meetfuncties en de mogelijke meetbereiken weergegeven. Selecteer het 
meetbereik en de bijbehorende meetbussen.
Meetfunctie Meetbereik Meetbussen
µA 0 - 6000 µA COM + mAµA
mA 0 - 600 mA COM + mAµA
A 0 - 10 A COM + 10A
-   Steek de rode meetkabel in de mA/µA- of 10A-meetbus. Steek de zwarte meetkabel in de COM-meetbus.
-   Verbind nu de twee meetpennen stroomvrij in serie met het te meten object (batterij, schakeling enz.). De betref-
fende schakeling moet hiervoor worden onderbroken.
-   Nadat de verbinding tot stand is gebracht, zet u het circuit in werking. De meetwaarde wordt op het display weer-
gegeven. 
Zet na de meting de stroom in de schakeling weer uit en verwijder vervolgens de meetkabels van het gemeten object. 
Zet de DMM uit.










