User manual

145
c) De batterijen installeren en vervangen
Het apparaat werkt op drie 1,5 V microbatterijen (i.e. AAA of LR03). Voor ingebruikname of
wanneer het batterij vervangen-symbool
in het display verschijnt, installeer nieuwe, volle
batterijen.
Het batterij vervangen-symbool heeft verschillende displayniveaus, zie onderstaande tabel:
Symbool Batterijspanning Resultaat Toets
> 4,2 V OK Batterijspanning is voldoende
4,2 - 3,9 V OK Batterijspanning is voldoende
3,9 - 3,6 V OK Batterijspanning is voldoende voor de me-
ting. Vervang de batterijen zo snel mogelijk
<3,6 V NOK Vervang de batterijen onmiddellijk om
meetfouten te vermijden
Voer volgende procedure uit om de batterijen te installeren of te vervangen:
- Ontkoppel de meetkabels van de te meten stroomkring en de
meter. Schakel de DMM uit.
- Draai de schroef achteraan het apparaat los met behulp van
een kruiskopschroevendraaier. Verwijder het deksel van het
batterijvak.
- Vervang de gebruikte batterijen door dezelfde nieuwe bat-
terijen. Plaats de nieuwe batterijen op een juiste manier in het
batterijvak (12). Houd rekening met de juiste polariteit, zoals
aangegeven in het batterijvak.
- Maak het deksel opnieuw op het apparaat vast.