User manual
De volgende symbolen en aanduidingen zijn zichtbaar op het apparaat of in het display. 
AUTO  Automatische bereikkeuze is actief
SETUP 1/2  Toegang tot apparaatinstellingen en weergave van functie 1 en 2
APO  Automatische uitschakeling is actief
APO TIME  Uitschakeltijd in minuten (m)
OFF  Schakelaar positie uit of functie gedeactiveerd
OLED BRIGHT %  Weergave van helderheid in percentagestappen
NCV  Contactloze AC-spanningsdetectie (alleen V-AC)
True RMS  Meting van het echt kwadratisch gemiddelde
H  Kortstondige opslagfunctie is actief
HOLD  De kortstondige opslagfunctie openen/deactiveren
MAXMIN  MAX/MIN functie is actief
MAX  Weergave van de maximum waarde van de reeks stroommetingen
MIN  Weergave van de minimum waarde van de reeks stroommetingen
AVG  Weergave van de gemiddelde waarde van de reeks stroommetingen
REL   Naar de relatieve waardemeting gaan en de relatieve waarde instellen 
(niet mogelijk voor DC en NCV)
ZERO  Nulkalibratie voor DC-meetbereik (alleen A-DC)
Δ   Deltasymbool voor relatieve waardemeting (=weergave van relatieve 
waarde)
OL  Overbelastingsindicator; het meetbereik werd overschreden
   Batterijstatussymbool voor volle batterijen; het aantal balkjes neemt af 
naarmate het batterijvermogen afneemt. Vervang de batterijen onmid-
delllijk wanneer alle balkjes verdwenen zijn om meetfouten te vermijden.
  Symbool voor gebruikte batterijgegevens
  Symbool voor diodetest










