User manual

In de veiligheidsstekkers van de meetleidingen bevinden zich evt. transportbeschermkappen. Verwijder deze
voor u de stekkers in de meetapparaatbussen steekt.
Vóór u met de stroomtang kunt meten, moeten de meegeleverde batterijen worden geplaatst.
De bedrijfsindicator (3) knippert bij volle batterijen (>2,5V) langzaam. Als de bedrijfsindicator snel of helemaal niet
meer knippert, zijn de batterijen (<2,5 V) leeg en moeten ze onmiddellijk worden vervangen.
Verwijder de meter van alle elektrische circuits en schakel
het apparaat uit (OFF).
Ontgrendel het batterijvak (4) door met een kleine munt of
een brede platte schroevendraaier tegen de richting van de
uren van de klok te draaien, tot de markering op het open
sleutelsymbool “Ontgrendeld” staat.
Haal het batterijvakdeksel uit de meter.
Plaats twee nieuwe batterijen van hetzelfde in de juiste
poolrichting in het batterijvak. Let op de polariteitsweergave
in het batterijvakdeksel (“+” en “-”).
Sluit het batterijvak opnieuw zorgvuldig en vergrendel dit in
omgekeerde volgorde.
Geschikte alkalinebatterijen verkrijgt u met het volgende bestelnummer: bestelnr. 65 23 03 (2x bestellen),
Gebruik alkalinebatterijen omdat deze krachtig zijn.