User manual
40
DC-uitgang in- en utischakelen
De DC-uitgang mag alleen in onbelaste toestand worden in- en uitgeschakeld. Het
schakelen onder belasting leidt tot schade aan de voeding.
De DC-uitgang wordt met de schakelaar „OUTPUT“ (7) in- en uitgeschakeld. Dit maakt het werken aan
de DC-uitgang mogelijk, zonder dat u de voeding zelf moet uitschakelen. De schakelaar blijft in de
betrokken stand.
ON De DC-uitgang is actief
OFF De DC-uitgang is niet actief. De inactieve uitgang wordt door de rode indicatie „OFF“ (8) aange-
geven.
☞
Schakel de DC-uigang uit voor u de spanning gaat instellen.
Verbruiker aansluiten
Let bij het aansluiten van een verbruiker op dat deze uitgeschakeld met de voe-
ding wordt verbonden. De max. stroomafname van een aan te sluiten verbruiker
mag 40 A niet overschrijden.
Bij het in serie schakelen van eerdere voedingen ontstaan aanraakgevaarlijke span-
ningen (> 70 VDC), die levensgevaarlijk kunnen zijn.
Vanaf deze spanning mogen alleen geïsoleerde accessoires worden gebruikt.
Voorkom het gebruik van niet-geïsoleerde leidingen en contacten. Deze plaatsen
dienen door geschikt, moeilijk ontvlambaar isolatiemateriaal of andere maatre-
gelen te worden afgedekt om rechtsreeks contact te voorkomen.
Vanaf een stroomsterkte van 20 A moet het aansluiten gebeuren met behulp van
de schroefklemmen. De 4mm bussen moegen niet meer worden gebruikt. Let op
een voldoende sectie van de geleiders voor de verwachte stroomsterkte.
• Schakel de voeding in via de aan/uit-schakelaar (1). De bedrijfsindicatie (2) licht op en op het display
worden spanning en stroom weergegeven.
• Controleer of de verbruiker en de DC-uitgang uitgeschakeld zijn (indicatie „OFF“ (8) licht op).
• Stel de parameters in zoals gewenst.
• Controleer nogmaals de correct ingestelde uitgangsspanning.
• Verbind de pluspool (+) van de verbruiker met de rode aansluitbus „+“ (12) en
• de minpool (-) van de verbruiker met de blauwe aansluitbus (13).
• Schakel nu de uitgangsspanning in met de schakelaar „OUTPUT“ (7). De indicatie (8) voor de inac-
tieve uitgang dooft.
• De aangesloten verbruiker kan nu worden ingeschakeld.