Instructions

9. Gebruik
Wanneer u het apparaat niet gebruikt, koppel de
oplader dan los van de voedingsbron en verwijder
eventueel geplaatste batterijen.
a) De oplader aansluiten op de voedingsbron
Voor het maximale laadvermogen, moet de
voedingsbron 5V/DC kunnen leveren. Als de
voedingsbron minder dan 5V/DC is, wordt Low Input
weergegeven op het LCD-scherm (2).
Sluit de meegeleverde USB-kabel aan op de USB Type-C
TM
stroomingang (1) op uw oplader.
Sluit het andere eind aan op een geschikte voedingsbron.
Een pieptoon geeft aan dat de oplader voeding
ontvangt. Als er geen batterijen zijn geplaatst, toont het
LCD-scherm (2) Null.
b) Batterijen opladen
Raadpleeg het gedeelte Technische gegevens voor
meer informatie over ‘Ondersteunde batterijtypes’ en
‘Maximaal laadvermogen’.
Het apparaat kan elke combinatie ondersteunde
batterijtypes tegelijkertijd opladen.
16