User manual
1. Koppel aangesloten apparatuur los van de output.
2. Zet de voedingsadapter aan via de -aan-/uitschakelaar (1). Het display (2) licht op, en op het display
worden voltage en stroom weergegeven.
3. Stel de parameters in volgens uw specicaties, zoals beschreven in het hoofdstuk „Inbedrijfstelling“. Controleer
nogmaals of het outputvoltage correct ingesteld is.
4. Sluit de pluspool (+) van het aan te sluiten apparaat aan op de rode „+“-stekkerbus, en de minpool (-) op de
zwarte „-“-stekkerbus van de output.
De groene bus stelt de aardaansluiting ter beschikking.
MAIN OUTPUT
5. Het aangesloten apparaat kan nu aangezet worden.
Het stroomverbruik van het aangesloten apparaat wordt in het display (2) weergegeven in ampère (A).