Installation Instructions

30 D-300620
Als de AUX (
]
) knop is gedefinieerd als “DIRECT”,
drukt u op de knop WEG en daarna op de knop AUX.
Het antwoord moet zijn als volgt:
INSCHAKELING DIRECT
(knipperen)
V E R L A A T H E T P A N D
De pieptonen gaan nu beginnen. Druk gelijk op de knop
UITSCHAKEL ( ) om uit te schakelen.
Als de knop AUX (
]
) is geprogrammeerd als “PGM/X-
10” en is geprogrammeerd om een of verschillende X-
10 eenheden aan te sturen, moet door op (
]
) te
drukken het apparaat worden geactiveerd dat door de
gekozen X-10 eenheid(en) wordt gestuurd.
Als de knop AUX is geprogrammeerd als “PGM/X-10”
en is geprogrammeerd om de PGM uitgang aan te
sturen, moet door op (
]
) te drukken het apparaat
worden geactiveerd dat aan de PGM uitgang is
verbonden.
5.4 Apparaat AAN/UIT test
De “X-10 eenheid opdracht” informatie die u in opmerking
D in Bijlage B van deze handleiding heeft ingevuld kunt u
nu goed voor deze test gebruiken.
Gebruik de ingevulde tabel in Bijlage B en volg alle
kolommen. Indien bijvoorbeeld in de “BIJ INSCHAKELING
WEG kolom kruisjes staan bij eenheden 1, 5 en 15,
schakelt u het systeem in met WEG en controleer dat de
betreffende apparaten die door deze eenheden worden
aangestuurd worden geactiveerd.
Ga op dezelfde wijze de volgende kolommen langs en
controleer dat alle eenheden juist functioneren. Controleer
dat alle apparaten volgens de programmering functioneren.
BELANGRIJK! Voordat u de opties “BIJ TIJDKLOK” en
“BIJ ZONE” test, dient u eerst te controleren dat deze
testmethodes toegestaan zijn klik herhaalde malen op
en controleer dat het volgende op het display
verschijnt:
MET TIJDKLOK AAN
en:
M E T S E N S O R A A N
Het donkere vakje rechts geeft aan dat deze functies
geactiveerd zijn.
De eenvoudigste manier om vastgestelde activiteiten te
testen is om het negende onderdeel in het installatiemenu
te kiezen (”10. GEBRUIKERINSTELLINGEN”) en de
systeemklok een paar minuten voor de relevante
“begintijd” in te stellen. Vergeet niet om de klok naar op de
juiste tijd af te stellen nadat u deze test heeft voltooid.
5.5 Noodzender test
Activeer een transmissie van iedere zender die voor een
noodzone is ingeleerd (volgens de lijst in tabel A3, Bijlage
A). Als u bijvoorbeeld een noodzender op zone 22 heeft
geprogrammeerd, zal het volgende op het display
verschijnen:
Z22 NOODTOESTAND
(knipperen)
A A N G E T A S T
Het is aan te raden dat u, voordat u deze test uitvoert, de
meldkamer hiervan op de hoogte stelt, u kunt eventueel
ook de telefoonkabel losmaken van de PowerMax Pro om
vals alarm te voorkomen.
6.
6. 6.
6. ONDERHOUD
ONDERHOUDONDERHOUD
ONDERHOUD
6.1 Het controlepaneel verwijderen
A. Verwijder de schroeven waarmee de voorste eenheid
aan de achterste eenheid vast zitten (zie figuur 3.1H).
B. Verwijder de 3 schroeven waarmee de achterste
eenheid aan de montagebeugel vast zit (zie figuur
3.1A) en verwijder het controlepaneel.
6.2 Back-up batterijen vervangen
Het vervangen van de batterijen gaat op dezelfde manier
als het plaatsen van nieuwe batterijen. (Zie figuur 3.1C).
Met een nieuwe set batterijen, een correcte plaatsing en
een goed gesloten batterij deksel, zal de STORING
indicatie uitgaan. Het “GEHEUGEN” bericht zal nu
knipperen in het display (dat door het “sabotage” alarm
wordt veroorzaakt toen u het batterijendeksel opende).
Wis dit door het systeem in en weer uit te schakelen.
6.3 Zekering vervangen
De PowerMax heeft twee automatische zelfherstellende
zekeringen. Ze hoeven daarom niet vervangen te worden.
Als er een te hoog voltage is schakelt de zekering de
circuitstroom af. Nadat deze stroom een paar seconden is
verwijderd, reset de zekering zich automatisch en laat de
stroom weer door het circuit gaan.
6.4 Detectoren
vervangen/herplaatsen
Indien bij onderhoud een detector wordt vervangen of
verplaatst dient u altijd een volledige diagnostische test te
doen volgens par. 4.10.
Belangrijk! Een “zwak” signaal is niet acceptabel, zoals
aan het einde van de testprocedure wordt medegedeeld.
7.
7. 7.
7. HISTORISCH OVERZICHT BEKIJKEN
HISTORISCH OVERZICHT BEKIJKENHISTORISCH OVERZICHT BEKIJKEN
HISTORISCH OVERZICHT BEKIJKEN
Er kunnen maximaal 100 gebeurtenissen in het historische
overzicht worden opgeslagen. U kunt dit logboek openen
en de meldingen één voor één bekijken. Zodra het
overzicht vol is wordt de oudste melding vervangen door
de nieuwste.
Bij elke melding wordt de datum en tijd opgeslagen.
De gebeurtenissen in het historische overzicht worden in
chronologische volgorde getoond het begint bij de
nieuwste gebeurtenis en gaat door tot de oudste. Het
historische overzicht kan worden geopend met de
toets en niet via het installatiemenu. Het bekijken en
wissen van het historische overzicht wordt in onderstaand
figuur weergegeven.