Lastgeregelde Decoder 5246 met overgangsstekker volgens NEM 652 Inbouw en gebruikershandleiding Modellspielwaren GmbH Am Bahnhof 1 D- 35116 Hatzfeld www.viessmann-modell.
1. Inleiding De 5426 decoder is compatibel met de NMRA-DCC standaard en het Marklin Motorola Digital Formaat (zowel het oude als het nieuwe formaat) waardoor deze kan gebruikt worden met bedieningsstations van verschillende leveranciers zoals Marklin, Lenz, Uhlenbrock (Intellibox), Fleischmann, Twincenter, Arnold, Digitrax, System One, Roco, Zimo (MX1/N), enz.
Het gebruik van dit product voor andere toepassingen is niet getest en wordt aanzien als onrechtmatig gebruik. De fabrikant kan niet verantwoordelijk zijn voor enige schade bij onrechtmatig gebruik van dit product. De verantwoordelijkheid ligt in dit geval bij de gebruiker. De decoder is enkel bedoeld om in modelspoortreinen in te bouwen. Belangrijke nota: Deze decoder is niet geschikt voor gebruik in combinatie met een conventionele AC voeding en/of spanningspulsen voor rijrichtingverandering.
Om de motor in dit geval te isoleren, dien je de verbinding te knippen tussen de afscherming en stroomafnemer of dient de motorafscherming vervangen te worden. 3.2. Maxiamale stroombelasting. Naast de verlangde functies en de beschikbare installatie ruimte bepaalt de motorstroom onder volle belastingscondities de keuze van de geschikte decoder. De 5246 decoder ondersteunt een motorstroom van 1.1A. De stroomwaarde van de locomotief wordt over het algemeen gerefereerd naar een spanning van 12 of 14V.
Verbindt de draden van de twee functie uitgangen aan de specifieke extra functies (groen = functie C, violet = functie D) Indien je deze niet gebruikt, isoleer dan de uiteinden van deze draden. Onder geen beding mogen onderdelen van de decoder enig metalen onderdeel van het chassis of locomotiefhuis raken. Dit resulteert in een kortsluiting wat beschadiging van de decoder tot gevolg heeft.
1. Voordat je begint, dient U zich te ontdoen van elektrostatische lading door een waterkraan (of radiator) aan te raken om beschadiging door elektrostatische ontlading te voorkomen. Katoenen kledingsstukken zijn het best om aan decoders te werken. 2. Als er een 6 polige NEM651 “S” stekker in uw locomotief aanwezig is (komt vaak voor bij Fleischmann locomotieven), is de installatie zeer eenvouding. Eerst dient men de verbindingsprint van de interfacefitting te verwijderen.
Veldspoelen Anode Kathode Kathode Anode Grijs Wisselstroommotor (AC) Oranje Figuur 3: aansluiting wisselstroommotor In locomotieven met een gecentreerde stroomafnemer, is de rode draad verbonden met de gecentreerde stroomafnemer en de zwarte aan het chassis. Hoe dan ook dien je de lage tact frequentie van de motorcontrole te selecteren (zie CV#9 in het volgende hoofdstuk).
dat deze bedradingsmethode tot gevolg heeft dat in analoge mode de licht- en functieuitgangen onafhankelijk werken van de polariteit van de spoorspanning.Bovendien werkt het kortsluitcircuit maar gedeeltelijk. Deze bedradingsmethode heeft eveneens een variatie in lichtsterkte tot gevolg wanneer men werkt met een bedieningsstation welke signalen overdraagt in Marklin Motorola formaat (de DCC signalen niet meegerekend). De lampuitgangen A (wit) en B (Geel) kunnen op twee verschillende manieren werken.
Plaats de locomotief op het programmeerspoor en lees het eerste adres uit (CV#1). Alle nieuwe decoders zijn geprogrammeerd op waarde 03. Indien er geen terugmelding is, dien je de bedrading van de stroomafnemers op de wielen én de motorverbindingen te controleren. Bezit je een “oud” Arnold bedieningsstation, kan je het adres niet uitlezen. In plaats daarvan kan je de startspanning (R2=2bars) uitlezen. De startwaarde van alle nieuwe decoders hebben een waarde van 7 ingesteld.
adressering”. In de fysieke register adresseringsmode kunnen enkel welbepaalde CV’s toegevoegd worden. De volgende toewijzingen kunnen toegepast worden: Tabel 1 Register Balk CV # R1 1 CV# 1 R2 2 CV# 2 R3 3 CV# 3 R4 5 CV# 4 R5 R6 R7 R8 CV# 29 CV# - CV# 7 CV# 8 Bovendien kunnen alle configuratie variabelen (uitgezonderd adressen) van de Viessmann 5246-decoder gedurende het werken in Operation Mode Programming (programmering als hoofdzaak) gewijzigd worden. 5.1.
Geef nu het configuratie register in, welke je wenst te veranderen (bijv. “05” voor CV#5: maximum snelheid). Bevestig deze ingave door de snelheidscontroleknop zo ver mogelijk naar links te draaien (verandering van richting). De verlichting zal herhaaldelijk knipperen. Nu kan je de toegewezen waarde in het configuratieregister ingeven. Wanneer je de maximum snelheid van de locomotief wenst te beperken, geeft je bijvoorbeeld 48 als waarde in.
CV# CV# CV# CV# CV# CV# CV# CV# CV# CV# CV# CV# 52 53 54 55 56 58 59 60 67-94 95 105 106 Special effect uitgang D (Violet) I-waarde voor load control P-waarde voor load control Tijdcyclus van het effect Gebruikersconfiguratie register 1 Mapping uitgang B (Geel) Mapping uitgang C (Groen) Mapping uitgang D (Violet) Snelheidstabel Achterwaartse Trim Gebruikers ID 1 (identificatie) Gebruikers ID 2 (identificatie) 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 tot tot tot tot tot tot tot tot tot tot tot tot 255 63 63 7 7 255 255
Opgelet: indien CV#5 en/of CV# 6 op 0 of 1 worden gezet,zal deze de snelheid niet van de berekende snelheidscurve gebruiken. Motor spanning Ingegeven waarde Grafiek 1 CV#5 (max. spanning = Vmax) 255 (FF) 100% H 191 (BF) 127 (7F) 63 (3F) Lineaire snelheidscurve (CV#6=1). CV#5 hangt af van de gewenste maximum snelheid Vmax 75% H Licht gebroken snelheidscurve CV#5=190 (ongeveer 75%) en CV#6=90 (ongeveer 35%) 50% H Exponentiële curve als CV#6 = 0 (fabrieksinstelling); stel Vmax in met CV#5.
Tabel 3 (voor CV#9) Bit N° 0 Omschrijving Hoge frequentie motor controle (15.6kHz) voor moderne DC en ijzerloze anker motoren (Bijvoorbeeld Escap, Faulhauber) Lage frequentie motor controle (120Hz) voor oudere DC en wisselstroommotoren (bijv. Marklin), zie ook hoofdstuuk 7.3. Bit waarde CV waarde 0 0 1 1 9 CV# 3 (versnellingssnelheid): De inhoud van deze CV komt overeen met de tijd (uitgedrukt in seconden) dat nodig is om een versnelling van 0 tot de maximum snelheid te bereiken.
Tip: Frequent gebruikte waarden voor CV# 29: CV# 29 0 (8*) 2 4 6 38 Beschrijving 14 (27) snelheidsstappen, korte adressen, geen analoge werking 28/128 snelheidsstappen, korte adressen, geen analoge werking 14 (27) snelheidsstappen, korte adressen, analoge werking mogelijk 28/128 snelheidsstappen, korte adressen, analoge werking mogelijk 28/128 snelheidsstappen, 4 digit adressering, analoge werking mogelijk.
Tabel 6 (voor CV# 49-52) Bit N° 0 1 2 3 4 5 6 7 Beschrijving Pulserend licht Flitsend licht Licht effecten Knipperend fase B Knipperend fase A Gedimd licht Uit, wanneer achteruit rijden Werkingscondities Uit, wanneer vooruit rijden Gedimd licht als F3 aan is Bitwaarde CV waarde 1 1 1 2 1 4 1 8 1 16 1 32 1 64 1 128 9 CV# 49, 50, 51, 52 (speciale effecten): Met deze registers kan je speciale lichteffecten instellen voor de licht- en functie-uitgangen A, B, C en D.
met een groot vliegwiel. Wanneer deze waarde te hoog is, heeft dit snelheidsschommelingen tot gevolg. Wanneer je de I-parameter verlaagt, moet je eveneens de P-parameter verlagen. Om van het voordeel van lastregeling bij AC of universele motoren te kunnen genieten, dienen de motoren omgevormd te worden naar DC motoren door de veldwikkeling te vervangen door een HAMO (permanente) magneet. Anders dien je de lastregeling uit te schakelen met CV# 56.
9 CV# 58, 59, 60: Hier kan je programmeren welke functie welke uitgangen gaat controleren (functie mapping). Uitgang A (wit) wordt altijd gecontroleerd door F0 (licht). Moet, bijvoorbeeld, uitgang B (geel) gecontroleerd worden met F1, geef de waarde 1 in CV# 58 in. Moet, bijvoorbeeld, uitgang C (groen) gecontroleerd worden door F5 of F7, dan geef je de waarde 80 (=16+64) in CV# 59 in. De fabrieksinstellingen is: uitgang C= F1, uitgang D=F2 (zie tabel 8).
6. Problemen oplossen: De locomotief werkt niet in 128 snelheidsstappen mode: De decoder accepteert enkel de instructies in 128 snelheidsstappen mode wanneer voor bit 1 van het configuratie register (CV# 29), bijvoorbeeld de waarde 2 is geprogrammeerd. Het locomotiefadres kan niet uitgelezen worden door het ‘oude’ Arnold bedieningsstation: Het bedieningsstation gebruikt oude DCC instructies welke niet meer gebruikt worden. Het adres kan desondanks geprogrammeerd worden. De foutmelding mag genegeerd worden.
voor licht aan/uit verzonden door het bedieningsstation wordt door de decoder geïnterpreteerd als een tussenliggende snelheidsstap. De locomotief rijdt normaal. Omdat de decoder een specifiek commando verwacht voor het aan en uitschakelen van de verlichting (welke niet verzonden werd door het bedieningsstation) blijven de lichten van de locomotief uitgeschakeld. 9 Het bedieningsstation verzendt bestuur instructies met 28 snelheidsstappen; de decoder is ingesteld op 14 snelheidsstappen.
Verdere tips voor het gebruik van de decoder kan je terugvinden op het internet met adres: www.viessmann-modell.de 7. Toepassingstips voor de 5246 decoder 7.1. Aansluiten van een stoomgenerator De stoomgenerator wordt verbonden met één van de twee functie uitgangen C (groene draad) of D (violet draad). Je dient het type van stoomgenerator te kiezen in functie van zijn werkingsspanning.
Sluitverlichting Front verlichting Geel D Wit 2x diode 6834 Violet C C en D zijn extra functies Groen Grijs Blauw DECODER 5246 Oranje Zwart Rood OPGELET: Isoleer de motor volledig! Figuur 4 7.3. Werking van de decoder in Motorola formaat. De 5246-decoder is een multi-protocol decoder en “verstaat” niet alleen DCC commando’s maar ook het Motorola formaat gebruikt door Marklin. Voor de programmatie van de decoder met de Marklin central unit 6021, zie paragraaf 5.4. op bladzijde 10. 7.3.1.
Nota: Deze decoder is niet geschikt om te werken met een conventionele AC voeding noch met de spanningspuls om de richtingsverandering te activeren. De hoge spanning van deze puls zal de decoder beschadigen. 7.4. Werking van de decoder met de Intellibox of Twin-center De Intellibox is staat standaard in Marklin Motorola formaat. Als je DCC decoders wenst te gebruiken dien je het formaat te veranderen zoals beschreven in de Intellibox manual (speciale optie 25= 1, speciale optie 907= 4 of 5).
7.5.1. Technische achtergrond De opbouw van een functie decoder is ongeveer gelijk aan deze van een rij-decoder. Het enige verschil is het ontwerp van de uitgangcircuits. Het is dus mogelijk om een rij-decoder te gebruiken om extra functies te schakelen. Je dient tijdens de programmering enkel rekening te houden met volgende factoren: Tijdens het programmeren schrijft het bedieningsstation een waarde in het geheugen van de decoder. De waarde zal bewaard worden zelfs na het onderbreken van de spoorspanning.
geeft een juiste terugkoppeling aan het bedieningsstation waardoor de programmatie feilloos werkt. Om te vermijden dat deze belasting gedurende de normale werking actief zou zijn, dien je deze uit te schakelen in de programmatie met verschillende CV’s. Geef de waarde 1 in in CV# 2, 2 in CV# 5 en CV# 6. Om veilig te spelen wis je alle waarden in de snelheidstabel (CV# 67 tot CV# 94). Wanneer de 5246 gebruikt wordt (met lastregeling) dien je altijd deze te deactiveren (zie CV# 56)! 8.
9. Garantie Elke decoder is volledig getest voor uitlevering. De garantieperiode is 2 jaar na datum van verkoop. Indien er een zich een fout voordoet tijdens deze periode, contacteer dan uw verkoopspunt of neem direct contact op met Viessmann. Indien de controle van de decoder een materiaal of herstelfout vaststelt, zullen we deze decoder kosteloos vervangen.
Programmatieblad CV N° CV# 1 CV# 2 CV# 3 CV# 4 CV# 5 CV# 6 CV# 7 CV# 8 CV# 9 CV# 17 CV# 18 CV# 19 CV# 29 CV# 49 CV# 50 CV# 51 CV# 52 CV# 53 CV# 54 CV# 55 CV# 56 CV# 58 CV# 59 CV# 60 CV# 67-94 CV# 95 CV# 105 CV# 106 Loc type : ………………………. Merk: ……………………………..