Operation Manual

Menu “KLANK“
In het menu “KLANK“ kunt u de klank van uw radio
met geïntegreerd navigatiesysteem en enkele andere
parameters voor de geluidsweergave aan uw per
-
soonlijke voorkeur aanpassen.
De klankinstellingen voor Bass en Treble resp. de
klankstijl gelden voor de op dat moment geselec
-
teerde geluidsbron (radio, CD of CDC).
Druk op de SOUND-toets.
:
Het menu “KLANK“ verschijnt.
U kunt kiezen uit de volgende opties:
Klankinstelling
Kies de gewenste optie door aan de rechterdraai
-
knop te draaien.
Druk op de rechterdraaiknop om de instelling te
activeren.
Plaats de schuifregelaar in de gewenste stand
door aan de rechterdraaiknop te draaien.
Druk op de rechterdraaiknop om de instelling op
te slaan.
Bass: om Bass in te stellen (lage tonen).
Treble: om Treble in te stellen (hoge tonen).
Bal: om de volumeverdeling links rechts in te stellen.
Fader: om de volumeverdeling achter voor in te stellen.
Schuifregelaar links: achter
Schuifregelaar rechts: voor
Voor navigatieaanwijzingen, verkeersberichten en telefoon kan de klankinstelling
niet worden aangepast.
Loudness
Activeer deze functie om de lage en hoge tonen bij lage volume-instellingen te ver
-
sterken.
Bij selecteren van één van de vooraf ingestelde klankstijlen is de loudness-functie
gedeactiveerd.
Klankstijl
Kies één van de voorgeprogrammeerde klankstijlen.
Kies “Eigen“, voor uw persoonlijke instelling voor Bass en Treble.
De klankstijl wordt voor elke geluidsbron apart opgeslagen.
GALA (snelheidsafhankelijke volumeregeling)
Om omgevingslawaai te compenseren, wordt het volume van de gesproken aanwijzingen
afhankelijk van de snelheid verhoogd.
Hiermee kunt u het volume aan uw rijsnelheid aanpassen.
Kies UIT om de functie uit te schakelen of kies 1 ... 5 om de aanpassing van het volume
in te stellen. 1 is de zachtste instelling en 5 is de hardste.
213
Nederlands
KLANKINSTELLINGEN
KLANK
Klankinstelling
Loudness
Klankstijl
GALA: 2
KLANKINSTELLING
Bass
Treble
Bal
Fader