Operation Manual
8 Gebruiksaanwijzing en installatiehandleiding actoSTOR
4.4 Aansluitleidingen monteren
Aanwijzing!
Neem bij de werkzaamheden de toestel- en aan-
sluitingsafmetingen in afbeelding 4.2 in acht.
Gebruik voor de montage van boilervoor- en terugloop
van de boilerlaadset (toebehoren-nr. 305 980) voor de
aansluiting aan de HR-gasketel ecoVIT/icoVIT. Gebruik
voor de hydraulische aansluiting van de boiler de boven-
ste terugloop HRL (HT) aan de ecoVIT/icoVIT.
Attentie!
Als u het toebehoren 305 980 niet gebruikt,
dan hebt u een circulatiepomp met een pers-
hoogte van ca. 6 m nodig, de nominale volume-
stroom bedraagt 2300 l/h bij drukverlies van
3 mWS.
• Monteer de boilervoorloop (3) en de boilerterugloop
(4) aan de boiler.
• Monteer de koudwaterleiding met de vereiste veilig-
heidsinrichtingen en evt. een doorstroomd gebruiks-
waterexpansievat aan de koudwateraansluitbuis (1) van
de boiler (bijgeleverde afdichting gebruiken).
• Monteer de warmwaterleiding aan de warmwater-
aansluitbuis (2) van de boiler (bijgeleverde afdichting
gebruiken).
• Monteer, indien nodig, de circulatieleiding aan de cir-
culatieaansluiting (5) van de boiler.
Aanwijzing!
Als circulatiepomp kunt u het toebehoren
305 957 gebruiken. Voor deze pomp is in de
actoSTOR aan de circulatieaansluiting voldoen-
de bouwruimte en een gemonteerde haak voor-
handen. De circulatiepomp kan direct zonder
aanvullende module aan de E-box aangesloten
worden!
4.5 Elektrische installatie
Gevaar!
Waarschuwing voor elektrische spanning!
Levensgevaar door elektrische schokken aan
spanningvoerende toevoerleidingen en aanslui-
tingen. Schakel altijd eerst de stroomtoevoer
uit. Pas als de toevoerleiding spanningvrij is,
mag u de installatie uitvoeren.
De voorschriften van de VDE, de plaatselijke EVU alsook
de gegevens op het typeplaatje moeten in acht genomen
worden.
Het toestel moet via een vaste aansluiting geïnstalleerd
worden. Deze aansluiting moet via een scheidingsinrich-
ting met minstens 3 mm contactopening uitschakelbaar
zijn. Geschikt is b.v. een leidingveiligheidsschakelaar. Het
toestel moet aan de aarddraad aangesloten worden.
21
NNLNL
230 V~
NL
230 V~
NL
NL
230 V~
NLNL
a
2
b
1
1
c
Afb. 4.3 Elektrische aansluiting aan de actoSTOR
Legenda:
1 Nettoevoerleiding, 230 V
2 Aansluiting voor extern toebehoren (b.v. circulatiepomp),
relais 1
a Aansluiting van de laagladepomp (af fabriek aangesloten),
relais 2
b Omgekeerd signaal van relais 1
c Nettoevoerleiding naar de ecoVIT/icoVIT
(aan de kabelboom af fabriek aangesloten)
4 Installatie










