Operation Manual

11Installatiehandleiding turboMAG 11-2/0, 14-2/0 en 17-2/0
5.2 Aansluiten van de watertoevoer
Gevaarlijk!
Verbrandingsgevaar en gevaar voor beschadi-
ging door heet of koud water dat naar buiten
komt!
Bij gebruik van kunststofbuizen voor de warm-
en/of koudwateraansluiting van het toestel mor-
gen alleen buizen met een temperatuurbesten-
digheid van 95°C bij een druk van 10 bar
gebruikt worden.
Zorg voor de spanningvrije koud- en warmwateraan-
sluitingen.
Plaats de waterfilter (3) en de waterhoeveelheidsbe-
grenzer (4) conform afb. 5.1 in de flexibele aansluit-
slang (2).
Draai de wartelmoeren van de flexibele aansluitslan-
gen op de wateraansluitingen (koud en warm) van het
toestel.
Controleer het toestel op lekkages en dicht ze eventu-
eel af.
5.3 Aansluiten van de verbrandingsluchttoevoer/
verbrandingsgasafvoer
Originele verbrandingsluchttoevoer/verbrandingsgas-
afvoeren vindt u opgesomd in de Vaillant montagehand-
leiding voor verbrandingsluchttoevoeren/verbrandings-
gasafvoeren:
Art-nr. 0020015714
De volgende verbrandingsluchttoevoeren/verbrandings-
gasafvoeren zijn als garnituren beschikbaar en kunnen
met het toestel gecombineerd worden.
Concentrisch systeem, aluminium, 60/100 mm
Gescheiden systeem, aluminium, 80/80 mm
Alleen turboMAG toestellen zijn standaard met een
lucht-/verbrandingsgasaansluiting60/100 mm uitge-
rust. Deze standaardaansluiting kan indien nodig door
een aansluting voor verbrandingsluchttoevoeren/ver-
brandingsgasafvoeren met80/80 mm vervangen wor-
den. De keuze van het best geschikte systeem is afhan-
kelijk van de individuele inbouwomstandigheden of de
toepassing (zie montagehandleiding voor verbran-
dingsluchttoevoeren/verbrandingsgasafvoeren).
De volgende inbouwvarianten zijn mogelijk:
Verticale dakdoorvoer door een schuin of plat dak
– Horizontale wand-/dakdoorvoer
In veel gevallen kunnen scheidingsinrichtingen, verlen-
gingen en bochten gebruikt worden.
Voor de montage dient u de montagehandleiding
Verbrandingsluchttoevoer/verbrandingsgasafvoer in
acht te nemen.
682
848
Ø 100
25 - 45˚
1
2
3
10
Afb. 5.3 Montagevoorbeeld: verticale dakdoorvoer
Plaats de VLT/VGA-buis in de aansluiting van de ver-
brandingsgasverzamelaar van het toestel. Let hierbij
op de juiste zitting van de buis in de VGA-aansluiting.
5.4 Aansluiting netsnoer
Gevaarlijk!
Levensgevaar door elektrocutie.
Bij een ondeskundige installatie bestaat er
gevaar voor elektrocutie en beschadiging van
het toestel.
Aanwijzing!
De stroomvoorziening moet sinusvormig zijn.
De Geyser is aansluitklaar bedraad.
Installatie 5