Operation Manual
11Installatie- en onderhoudshandleiding auroSTEP 0020054740_00 BENL
1
2
3
4
5
Afb. 5.4 Zonnesysteemaansluitingen op de boilereenheid
• Breng een steunhuls (2) tot de aanslag in de koper-
buis (1) naar binnen.
• Schuif een wartelmoer (3) en een klemring (4) op de
koperbuis.
• Steek de koperbuis tot de aanslag op het schroefele-
ment (5) en draai de wartelmoer in deze positie vast.
5.3 Elektrische installatie
5.3.1 Voorschriften
Voor de elektrische installatie dienen de volgende voor-
schriften in acht genomen te worden:
- alle NBN voorschriften:
C 73-335-30, C 73-330-35, 18-300, 92-101 enz.
- de ARAB-voorschriften
Voor de bedrading moeten gewone leidingen gebruikt
worden.
Gewenste doorsnede van de leidingen:
– Aansluitleiding 230 V
(netaansluitkabel): 1,5 mm
2
of 2,5 mm
2
– Laagspanningsleidingen
(voelerleidingen): 0,75 mm
2
Voelerleidingen mogen een maximale lengte van 50 m
niet overschrijden.
Aansluitleidingen met 230 V en voelerleidingen moeten
vanaf een lengte van 10 m afzonderlijk geplaatst worden.
Als alternatief gebruikt u afgeschermde kabels voor de
voelers.
Aansluitleidingen van 230 V moeten 1,5 mm
2
doorsnede
hebben en moeten met de bijgeleverde trekontlastingen
op de basissokkel bevestigd worden.
Vrije klemmen van de toestellen mogen niet als steun-
klemmen voor de verdere bedrading gebruikt worden.
De installatie van de zonneboilereenheid moet in droge
ruimtes gebeuren.
De zonneboilereenheid moet via een vaste aansluiting
en een scheidingsinrichting over alle polen met een con-
tactopening van ten minste 3 mm (b.v. zekeringen of
contactverbrekers) aangesloten worden.
5.3.2 Elektrische aansluiting
De elektrische aansluiting mag alleen door een erkend
installateur worden uitgevoerd.
e
Gevaar!
Levensgevaar door elektrische schok aan span-
ningvoerende aansluitingen.
Voor werkzaamheden aan het toestel de
stroomtoevoerleiding uitschakelen en tegen op-
nieuw inschakelen beveiligen.
a
Attentie!
Gevaar voor beschadiging van de printplaat
door kortsluiting bij de aansluitleidingen.
Draadeinden met 230 V mogen om veiligheids-
redenen voor de aansluiting op een ProE-stek-
ker max. over een lengte van 30 mm gestript
worden. Wordt een langer stuk gestript, dan be-
staat er gevaar voor kortsluitingen op de print-
plaat.
Attentie!
Gevaar voor beschadiging van de printplaat
door overbelasting.
Het C1/C2-contact is een 24-V-laagspannings-
contact en mag in geen geval als 230-V-scha-
kelcontact gebruikt worden.
Installatie 5










