Operation Manual
8
II Systeem en Bediening
II UWATEC
®
Smart dive computers
1 Beschrijving
De TEC geeft gedurende de duik alle essentiële informatie weer en is bovendien uitgerust met een unie
ke
meerkanaals ontvanger, waarmee de flesdruk van maximaal 3 zenders ontvangen kan worden. Iedere
flesdrukzender wordt op een hogedrukpoort van de ademautomaat gemonteerd waar het de flesdruk
meet en deze gegevens doorzendt aan de TEC. UWATEC’s gepatenteerde verzendproces voorkomt inter-
ferentie tussen verschillende zenders en garandeert een ononderbroken en volledig betrouwbare
ontvangst van gegevens.
De TEC is tevens voorzien van een geheugen waarin alle duikgegevens worden opgeslagen. Deze gege-
vens kunnen met behulp van de IrDA infrarood interface en het SmartTRAK programma naar een
Windows
®
PC gedownload worden. De SmartTRAK software CD vindt u in het TEC pakket. De infrarood
communicatieapparatuur kunt u in vrijwel iedere computerwinkel aanschaffen. Een lijst met aanbevolen
interfaces vindt u op de UWATEC website (www.uwatec.com).
2 Bediening
Op pagina 5 vindt u een bedieningsschema.
2.1 Basisprincipes
De TEC heeft op de voorzijde van de behuizing vier bedieningscontacten, de
zogenaamde watercontacten: B, E, + en -. Wanneer u de TEC wilt bedienen
raakt u met vochtige vingers het B contact en één van de drie andere contac-
ten aan. Dit noemt men het overbruggen van de contacten.
Contact B: Basiscontact. Voor iedere functie moet dit contact aangeraakt wor-
den. Om de tekst van deze handleiding zo eenvoudig mogelijk te houden wordt
dit verder niet meer vermeld.
Contact E: Het Enter contact. Wordt gebruikt om de TEC in te schakelen en om
de invoer van gegevens te bevestigen. Dit contact kan vergeleken worden met
de "Enter”-toets van een PC.
+ / – Contacten: Contacten: Aan de oppervlakte kunt u de duikplanner, het
logboek en de gauge modus activeren. Daarnaast kunt u hier het O
2
% en de
Microbellen-niveau’s instellen. Zie pagina 10.
Met de + toets vergroot u de getoonde waarde, met de – toets verkleint u deze.
Smart TEC
Flesdrukzender
Infrarood interface
(optioneel)
SmartTRAK
Contacts
-+E
B
NO
NO
%
DECO
STOP
NO STOP
LEVELSTOP
CNS O
2
%
Infraroodpoort