Nederlands Handleiding Aladin PRIME
Veiligheidsoverwegingen Alvorens u met de Aladin PRIME duikt, dient u deze handleiding zorgvuldig gelezen en begrepen te hebben. Aan het duiken zijn bepaalde risico’s verbonden. Zelfs als u de aanwijzingen in deze handleiding nauwkeurig opvolgt, loopt u kans op levensbedreigende verwondingen als gevolg van decompressieziekte, zuurstofvergiftiging of een ander risico inherent aan het duiken met perslucht of Nitrox.
I Veiligheidsoverwegingen • Duik altijd met back-upinstrumenten. Gebruik altijd back-upinstrumenten waaronder een dieptemeter, een manometer, digitale bodemtimer of duikhorloge. Zorg ervoor dat u de beschikking heeft over (decompressie-)duiktabellen wanneer u met een duikcomputer duikt. • Voorkom het maken van meerdere afdalingen en opstijgingen binnen één duik. • Vermijd inspanning tijdens de duik. • Plan kortere duiken wanneer u in koud water duikt.
Inleiding Gefeliciteerd met de aanschaf van een Aladin PRIME duikcomputer en welkom bij UWATEC! Vanaf nu kunt u genieten van de begeleiding van de meest bijzondere duikcomputer op de markt, voorzien van UWATECs innovatieve technologieën. Wij danken u voor uw keuze voor de Aladin PRIME en hopen dat u er in de toekomst nog vele veilige duiken mee zult maken. Als u meer informatie wilt over de UWATEC duikcomputers of andere UWATEC producten, kunt u onze website bezoeken op www.scubapro-uwatec.com.
Referentie I Tijd / Datum Decompressiediepte Instellingensymbool Desaturatietijd (DESAT) OnderhoudsDuur van de waarschuwing ‘niet duiken’ symbool Duur van de Oppervlakte-interval Huidige Diepte Hoogte-instelling Datumsymbool Decompressiestop Verplicht Decompressiestop Gemist Symbool van Vliegverbod Waarschuwing ‘niet duiken’ DEPTH Duiktijd / Tijd van Vliegverbod / Duur van SOS-toestand Herhalingsduiknummer Batterijsymbool Indicatie geen-decompressiefase Opstijgtijdsymbool Geen-decompressietijd / Totale
Bedieningsschema Display uitgeschakeld O mix Logboek + Zuurstof– percentage Pagina 1 Maximum diepte Datum van de duik + ppO2 max – (MOD) Bevestigen Duikplanner DEPTH DIVE TIME Batterijspanning S L O W Zuurstofpercentage + Duik– nummer Pagina 2 Hoogtesectie (indien > 0) Temperatuur Duiktijd ( ) + Opper– vlakte- interval Geen-decompressieduiken DEPTH DIVE TIME NO STOP Herhalingsduiknummer Aanvangstijd Geendecompressietijd + Diepte – CNS O2% CNS-zuurstofblootstelling aan het einde v
I Veiligheidsoverwegingen Inleiding Belangrijke opmerkingen met betrekking tot gebruikte termen en symbolen Referentie / Bedieningsschema Inhoudsopgave ____________________________________ 2 ____________________________________ 4 II 1 Systeem en bediening Beschrijving ____________________________________ 9 ____________________________________ 9 2 Bediening 2.1 Drukknoppen 2.2 Watercontacten 2.3 SmartTRAK 2.4 Het display inschakelen 2.
Inhoudsopgave 6 Bergmeerduiken 6.1 Hoogtesecties 6.2 Maximale hoogte 6.
II II Systeem en Bediening 1 Beschrijving De Aladin geeft tijdens de duik alle essentiële duik- en decompressiegegevens weer en beschikt over een geheugen waarin alle gegevens van de duik worden opgeslagen. Deze gegevens kunt u met behulp van een infraroodinterface (IrDA) en de SmartTRAK-software downloaden naar een Windows®-pc. De cd met de SmartTRAK-software wordt bij de Aladin geleverd. Infraroodinterfaces zijn verkrijgbaar bij computerwinkels. Op onze website (www.scubapro-uwatec.
2 Bediening 2.3 SmartTRAK Met SmartTRAK kunt u uw Aladin computer configureren en alle gegevens uitlezen en op grafische wijze zichtbaar maken. Als u de communicatie wilt starten, schakelt u de Aladin in en zorgt u dat het infraroodvenster zich voor de infraroodinterface bevindt. Zodra de Aladin een infraroodapparaat binnen het verzendbereik detecteert, verschijnt het symbool . Aladin configureren Als u de Aladin wilt configureren, brengt u eerst een verbinding tussen de pc en de Aladin tot stand.
IIII 2 Bediening De volgende instellingen kunnen met behulp van SmartTRAK of via de menu’s Set 1 en Set 2 worden gewijzigd: Instelling Instelmogelijkheden Standaardinstelling • Maximale partiële zuurstofdruk (ppO2 max) • Tijd voordat het zuurstofpercentage teruggezet wordt op 21% (lucht) • Eenhedenstelsel • Akoestische attentiesignalen • Watercontacten • Reset reststikstofgeheugen • Wekker • UTC tijdszone (Universal Time Change) • Huidige tijd • 24 uurs- of vm/nm (AM/PM) instelling • Datum • LCD contra
2 Bediening Het Duikvenster Duikinformatievenster Duikcomputerdisplay Duikprofielvenster Weefselverzadiging Waarschuwingssymbolen Fysiologische informatie Aantekeningen Venster met Duiklijst 12 II UWATEC Aladin PRIME
2 Bediening II 2.4 Het display inschakelen • Automatisch na het onderdompelen in water* of wanneer een aanpassing aan de atmosferische druk nodig is; of in te drukken. Als u de computer met • Handmatig door activeert, zullen alle segmenten van het display 5 seconden lang oplichten. CNS O % Na het activeren zal de Aladin de huidige tijd, het ingestelde zuurstofpercentage en de temperatuur laten zien. Dit display noemt men het tijdsdisplay. De uitleg van de menustructuur gaat meestal uit van dit display.
2 Bediening 2.6 De desaturatietijd controleren Tijd van vliegverbod Symbool van vliegverbod Vanuit het tijdsdisplay kunt u de desaturatietijd* controleren door op te drukken. De desaturatietijd wordt bepaald door de zuurstofblootstelling, de stikstofverzadiging of de afbouw van microbelletjes in het lichaam; de getoonde tijd is de langste van de drie. Het display schakelt terug naar het tijdsdisplay als u de computer 5 seconden lang niet bedient.
II 2 Bediening 2.9 De batterijspanning controleren Vanuit het tijdsdisplay kunt u de toestand van de batterij controleren door 2 of 3 maal op te drukken (afhankelijk van de situatie; wel of geen resterende desaturatietijd). De Aladin toont de geschatte batterijcapaciteit 5 seconden lang op grafische wijze aan de rechterkant van het display. Wanneer nog maar 3 segmenten getoond worden, zal de batterijspanningswaarschuwing geactiveerd worden ->19 en dient u de batterij te vervangen ->35.
2 Bediening / 3 SOS-modus 2.11 Het display uitschakelen Vanuit het tijdsdisplay kunt u de Aladin uitschakelen door op drukken. te Het display zal zichzelf uitschakelen wanneer de computer aan de oppervlakte 3 minuten lang niet bediend wordt. 2.12 Wekkerfunctie De wekkerfunctie is alleen actief aan de oppervlakte. Wanneer de wekkerfunctie is geactiveerd, wordt op het tijdsdisplay tevens getoond. Wanneer de wekker afgaat, knippert en is 30 seconden lang een speciaal attentiesignaal te horen.
III Duiken met de Aladin III 1 Algemene terminologie De informatie die u te zien krijgt op het display van de Aladin, varieert en is afhankelijk van het soort duik dat u maakt, en in welke fase van de duik u zich bevindt. 1.
1 Terminologie en Symbolen 1.3 Nitrox-informatie (O2-informatie) Voor duiken met perslucht is stikstof het gas dat de noodzaak tot decompressie bepaalt. Wanneer u met Nitrox duikt, kan echter uw zuurstofblootstelling, als functie van het percentage zuurstof en de diepte, uw maximumdiepte en duikduur gaan beperken. De Aladin maakt deze berekeningen voor u en toont u de benodigde informatie: O2% mix Het ingestelde zuurstofpercentage.
2 Attentiesignalen en Waarschuwingen III De Aladin maakt gebruik van akoestische en visuele waarschuwingen om de aandacht van de duiker te vestigen op een onveilige handeling. Attentiesignalen zijn akoestisch en/of visueel. • De akoestische attentiesignalen kunnen uitgeschakeld worden in Set 1 ->31 of met behulp van SmartTRAK. Als u gebruikmaakt van SmartTRAK, kunt u ieder afzonderlijk signaal in- of uitschakelen. • Daarnaast is het mogelijk om alle geluidssignalen geheel uit te schakelen in Set 2 ->34.
3 Voorbereiden op de Duik U dient de instellingen van de Aladin te controleren, in het bijzonder voordat u uw eerste duik met het instrument maakt. Alle instellingen kunt u direct op de computer nalopen of met behulp van de SmartTRAK applicatie controleren en veranderen. 3.1 Instellen van het gasmengsel en de ppO2 max Voor iedere duik, oftewel na het wisselen van de fles, dient u na te gaan of de instellingen overeenkomen met het gasmengsel dat u gaat gebruiken.
4 Functies gedurende de Duik III 4.1 Te water gaan Als u de watercontacten heeft uitgeschakeld (-> 32), dient u de Aladin handmatig te activeren voordat u het water in gaat. Als u heeft gekozen voor de instelling "Watercontacten uit" (m.b.v. Set 1 of SmartTRAK), zal de Aladin met een vertraging tot 1 minuut activeren. Dit beïnvloedt het functioneren van de duikcomputer. Ga altijd na of de duikcomputer aanstaat voordat u uw duik begint.
4 Functies gedurende de Duik 4.5 Stijgsnelheid DEPTH De optimale maximale stijgsnelheid is afhankelijk van de diepte waarop u zich bevindt, en varieert tussen 7 en 20 meter per minuut. Uw snelheid wordt op de Aladin weergegeven als een percentage van de maximaal toelaatbare snelheid. Als uw stijgsnelheid groter is dan 100%, zal de zwarte "SLOW" pijl verschijnen. Als uw stijgsnelheid groter is dan 140%, zal de pijl gaan knipperen.
4 Functies gedurende de Duik III 4.6 Partiële zuurstofdruk (ppO2 max) / Maximumdiepte (MOD) De maximale partiële zuurstofdruk (ppO2 max) (standaard 1,4 bar) bepaalt de 4 sec. maximale duikdiepte (MOD; maximum operating depth). Wanneer u dieper duikt dan de MOD, stelt u zich bloot aan een partiële zuurstofdruk die hoger is dan het ingestelde maximum. De ppO2 max en de overeenkomstige MOD kunnen handmatig verlaagd CNS O % worden (->20, gasmengsel instellen, punt 5).
4 Functies gedurende de Duik 4.8 Stikstofverzadigingsgrafiek De stikstofverzadigingsgrafiek geeft op grafische wijze weer hoe lang het duurt voordat u uw geen-decompressielimiet bereikt. Naarmate u meer stikstof in uw lichaam opneemt, zullen meer segmenten van de grafiek zichtbaar worden. Naarmate uw diepte groter wordt, zullen de segmenten sneller verschijnen. 4-5 segmenten (geel gebied): u nadert uw geen-decompressielimiet.
III 4 Functies gedurende de Duik DEPTH DIVE TIME DECO STOP CNS O2% Het decompressiealarm wordt geactiveerd wanneer u een decompressiestop overslaat. De pijl begint te knipperen en een alarmsignaal is te horen. Door de vorming van microbelletjes zal de decompressietijd sterk toenemen wanneer u zich boven uw decompressieplafond (minimale decompressiediepte) begeeft.
5 Functies aan de Oppervlakte 5.2 Reststikstofgrafiek De segmenten van de reststikstofgrafiek zullen één voor één uitgaan naarmate u verder desatureert gedurende uw oppervlakte-interval. Er is een 1:1 verhouding tussen de segmenten die u onder water getoond worden, en de segmenten van deze reststikstofgrafiek. Bij een herhalingsduik zult u dan ook zien dat het aantal segmenten aan het begin van uw duik overeenkomt met het aantal segmenten dat u aan de oppervlakte te zien kreeg.
III 6 Bergmeerduiken 6.1 Hoogtesecties Hoogtesymbool Hoogtesectie 2 De Aladin meet iedere minuut de atmosferische druk. Als de computer een voldoende grote daling in de luchtdruk meet, zal hij automatisch aangaan. De computer geeft de nieuwe hoogtesectie (1-4) en desaturatietijd weer. De desaturatietijd die op dat moment wordt weergegeven, is de tijd die uw lichaam nodig heeft om zich aan te passen aan de grotere hoogte.
IV Duikplanner De Aladin is uitgerust met een duikplanner waarmee u geen-decompressieduiken kunt plannen. • het ingestelde zuurstofpercentage en de MOD • de watertemperatuur van de meest recente duik • eventuele bergmeerinstellingen • de stikstofverzadiging op het moment dat de duikplanner geactiveerd wordt. • een gemiddeld inspanningsniveau en de veronderstelling dat de duiker zich aan de voorgeschreven stijgsnelheid houdt.
V Logboek V 1 Overzicht Een duik wordt pas in het logboek opgeslagen wanneer deze langer heeft geduurd dan 2 minuten. De Aladin slaat de duikprofielen van de laatste 25 uur aan duiken op. Alle gegevens die de Aladin opslaat, kunnen met behulp van de Windows® SmartTRAK software en een standaard IrDA infraroodinterface naar een pc worden gedownload. Alle duiken in het geheugen kunnen direct op de duikcomputer bekeken worden. 2 Bediening Vanuit het tijdsdisplay kunt u het logboek tot selecteren met .
V Logboek Pagina 3 SOS indien van toepassing Als u een duik maakt binnen de aanpassingstijd (desaturatietijd na een verandering in hoogte boven zeeniveau), ziet u de aanpassingstijd in plaats van de oppervlakte-interval.
VI Instellingen 1 Menu Set 1 VI Met Menu Set 1 of SmartTRAK kunt u onderstaande instellingen wijzigen (duikfuncties): Instelling Instelmogelijkheden Standaardinstelling • Maximale partiële zuurstofdruk (ppO2 max) • Tijd voordat het zuurstofpercentage teruggezet wordt op 21% (lucht) • Eenhedenstelsel • Akoestische attentiesignalen • Watercontacten • Reset reststikstofgeheugen 1,2-1,6 bar 1,4 bar 31 niet resetten / 1 - 48 uur metrisch/Engels aan/uit (SmartTRAK: selectief) aan/uit aan/uit niet resett
VI Instellingen In- of uitschakelen van de watercontacten Wanneer u de Aladin onderdompelt in water, zorgen de watercontacten ervoor dat de computer automatisch wordt geactiveerd. Als u ervoor kiest om de watercontacten uit te schakelen, zal de Aladin met een vertraging van maximaal 1 minuut vanaf het moment van afdalen, activeren. Dit beïnvloedt het functioneren van de computer. Ga altijd na of de computer aanstaat voordat u uw duik begint. 1. Bevestig met dat u de watercontacten wilt in- of uitschakelen.
VI VI Instellingen Vanuit het tijdsdisplay drukt u op of totdat "Set 2" zichtbaar is. Bevestig uw keuze met . Wanneer u dit submenu bent binnengegaan, kunt u met en naar de gewenste functie bladeren. NO Instellen van de wekker 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. De wekker kan alleen aan de oppervlakte afgaan, niet gedurende een duik. Het geluid moet aanstaan ("Sound" op "On") in Set 2. Bevestig met dat u de wekker wilt instellen. De uren gaan knipperen. Stel met en de uren in. Bevestig de instelling met .
VI Instellingen Instellen van het contrast van het LCD dat u het displaycontrast wilt aanpassen. 1. Bevestig met De huidige instelling gaat knipperen. 2. Stel met of het contrast in op het gewenste niveau. Laag contrast (1) tot hoog contrast (12). 3. Bevestig uw keuze met . Instellen van de IrDA-snelheid De standaardinstelling van de Aladin is "Lo" (low; laag). Voor een snellere gegevensoverdracht kunt u de hoge instelling kiezen, maar niet alle IrDA-interfaces zijn compatibel met deze instelling.
VII Appendix 1 Technische specificaties VII Maximale gebruikshoogte: met decompressie-informatie: zeeniveau tot ongeveer 4000 m hoogte zonder decompressiestatus, tot ongeveer circa 4000 meter hoogte: automatische gauge modus (onbeperkt) Max. weergegeven diepte:120 m, resolutie van de diepteweergave: tussen 0,8 m en 99,9 m: 0,1 m, beneden 99,9 m: 1 m.
VII Appendix Raak nooit de metalen oppervlakken van de batterij met de blote vingers aan. De twee polen mogen niet kortgesloten worden. Procedure: Voor het vervangen van de batterij heeft u een muntstuk en een zachte, schone, niet-pluizende doek nodig. • Een lekkende batterijcover leidt tot onherstelbare beschadiging van de elektronica. De Aladin kan in deze situatie onder water zonder waarschuwing uitschakelen. • Open het batterijcompartiment alleen in een schone, droge omgeving.
VII Appendix 3 Garantiebepalingen VII Alleen duikcomputers die aantoonbaar via een geautoriseerd SCUBAPRO UWATEC dealer zijn aangekocht, vallen onder de garantie. De garantietermijn bedraagt 2 jaar. Reparaties of vervangingen die binnen deze periode worden gedaan, verlengen de garantietermijn niet. Bij een eventuele garantieclaim dient u de duikcomputer met een van datum voorziene aankoopnota naar een geautoriseerd verkoop- of servicepunt te brengen.
PN 06.202.570 scubapro-uwatec.com 7.