Technical data

33
4. Vul de watertank (5) tot aan de MAX-marke-
ring/12 kopjes met kraanwater. Let op dat
zich geen koffiebonen in het bonenreservoir
bevinden.
5. Sluit het deksel van de glazen kan en zet de
kan op de warmhoudplaat (8).
6. Steek de stekker in een stopcontact.
7. Attentie: Alle bedieningscommando‘s die
u via de bedieningsknoppen geeft, worden
uitsluitend opgeslagen, zolang het display
blauw verlicht is. Zodra de verlichting van
het display uit is, moet u eerst op een wil-
lekeurige knop drukken, voordat u verdere
commando‘s m.b.v. de knoppen kunt geven.
8. Druk één keer op de knop „MÜHLE AUS“
(„MOLEN UIT“), daarna op de knop „EIN/
AUS“ („AAN/UIT“) en laat het water lopen,
totdat het apparaat door een herhaaldelijke
signaaltoon aangeeft dat het proces beëin-
digd is.
9. Gooi dit water a.u.b. weg.
10. Reinig de glazen kan.
11. Schakel het apparaat uit m.b.v. de knop
„EIN/AUS“ („AAN/UIT“).
KOFFIEBONEN
1. Met het koffiezetapparaat Mühle kan koffie
worden gemaakt met vers gemalen koffie-
bonen of met normaal in de winkel verkrijg-
baar koffiepoeder.
2. Als u koffiebonen wilt gebruiken, let er dan
bij het boodschappen doen op dat de bonen
geschikt zijn voor een koffiemolen. Gebruik
a.u.b. geen bonen voor een volautomatische
koffiemachine, omdat deze bonen anders
geroosterd zijn en de smaak van de koffie
daardoor niet bevredigend is.
TIJD INSTELLEN
1. Zodra het koffiezetapparaat op het stroom-
net aangesloten is, geeft het display 12:00
uur weer.
2. Druk nu zo vaak op de knoppen
„STD“(„UUR“) en „MIN“ („MINUUT“), tot
de actuele tijd ingesteld is.
3. U ziet de actuele tijd en kunt nu met het
bereiden van de koffie beginnen.
4. Als het apparaat langer dan ca. 30 secon-
den geen stroom krijgt, wordt de tijd niet
opgeslagen; dit betekent dat u de tijd opni-
euw moet instellen, nadat het apparaat van
het stroomnet gescheiden werd.
KOFFIESTERKTE INSTELLEN
1. Met de knop „STÄRKE“(„STERKTE“) kunt
u de gewenste koffiesterkte selecteren. Druk
zo vaak op de knop „Stärke“ („STERKTE“),
tot het gewenste aantal koffiebonen in het
display verschijnt.
2. U kunt de volgende koffiesterktes kiezen:
Fijn – Weergave in het display: een koffie-
boon (standaard instelling)
Middel – Weergave in het display: twee
koffiebonen
Fijn – Weergave in het display: drie kof-
fiebonen
3. Aanwijzing: Zodra het apparaat lang van het
stroomnet was, moet u de sterkte opnieuw
instellen.
MAALGRAAD INSTELLEN
1. Als u koffie van vers gemalen koffiebonen
wilt maken, kunt u de maalgraad van de
bonen met deze draaischakelaar op Fijn-
Middel-Grof instellen.
2. Let op dat de knop „MÜHLE AUS“ („MOLEN
UIT“) niet geactiveerd is.
3. Bereid het apparaat voor zoals in het hoof-
dstuk „Koffie zetten“ beschreven is en
schakel het apparaat in.
4. Zodra het apparaat de bonen begint te
malen, kunt u de gewenste maalgraad
selecteren m.b.v. de draaischakelaar (10).
5. Attentie: wijzig de maalgraad a.u.b. niet, als
het apparaat net geen bonen maalt.