Operation Manual

NL Bedieningshandleiding – luchtontvochtiger TTR 56 E 3
Beschrijving van het apparaat
Het apparaat werkt volgens het adsorptieprincipe, zonder
compressor en zonder koelmiddel.
De volautomatische regeling en het condensreservoir (6) met
geïntegreerde overloopbeveiliging waarborgen een storingsvrij
gebruik.
De ventilator zuigt de vochtige ruimtelucht aan via de
luchtinlaat (4) met luchtfilter (7), de condensor en de daar achter
liggende adsorptierotor.
In het interne regeneratiecircuit wordt de lucht door een
verwarmingselement geleid, wordt de adsorptierotor gedroogd
en de vochtige, warme lucht door de condensor geleid. Bij de
koelere condensor wordt de warmte onttrokken aan de
ruimtelucht en wordt deze afgekoeld tot onder het dauwpunt. De
in de ruimtelucht opgenomen waterdamp slaat neer als condens.
Het condens druppelt in het condensreservoir (6).
De zo bereide, droge lucht wordt in de luchtuitlaat (2) toegevoerd
aan de ruimtelucht. De droge lucht wordt gemengd met de
ruimtelucht. Door de doorlopende circulatie van de ruimtelucht
door het apparaat wordt de relatieve luchtvochtigheid in de
opstelruimte gereduceerd.
In het condensreservoir (6) is een vlotter aangebracht, die het
ontvochtigingsbedrijf bij een gevuld condensreservoir
onderbreekt. Het apparaat schakelt uit met een drievoudige
signaaltoon en het condensreservoir-controlelampje op het
bedieningspaneel (1) gaat branden (zie hoofdstuk
bedieningselementen). Het gaat pas weer uit bij het terugplaatsen
van het lege condensreservoir (6).
Het apparaat is bedoeld voor het reduceren van de
luchtvochtigheid in woon- en werkruimten.
Overzicht van het apparaat
Informatie over het apparaat
Nr. Aanduiding
1 Bedieningspaneel
2 Luchtuitlaat
3 Handgreep
4 Luchtinlaat
5 Aansluitopening voor condensslang
6 Condensreservoir
7Luchtfilter
1
4
7
2
5
6
3
1