Operation Manual

Automatische sluimerstand
De computer kan zo worden geconfigureerd dat de sluimerstand
automatisch wordt ingeschakeld wanneer de accu zo leeg is dat de
computer niet meer kan worden gebruikt. Dit kan worden ingesteld via
Energiebeheer. U definieert deze instellingen als volgt:
1. Klik op Configuratiescherm -> Systeem en beveiliging ->
Energiebeheer -> Wijzigen wanneer de computer in slaapstand
gaat -> Geavanceerde energie-instellingen wijzigen in de groep
Systeem in Alle apps.
2. Klik op Actie bij bijna lege accu of Actie bij kritiek accuniveau
onder Accu en selecteer Sluimerstand in de lijst met de voorwaarde
Op accu of Netstroom.
3. Klik op Toepassen en klik daarna op OK.
Voordelen van de sluimerstand
De sluimerstand biedt de volgende voordelen.
Wanneer de computer automatisch wordt afgesloten omdat de accu
bijna leeg is, worden de gegevens opgeslagen in de interne
opslagruimte.
Na het inschakelen van de computer kunt u direct naar uw vorige
werkomgeving terugkeren.
De functie bespaart energie door het systeem af te sluiten wanneer
geen hardware-activiteit plaatsvindt of de computer geen invoer
ontvangt in de tijdsduur die is ingesteld met de functie Sluimerstand.
Systeemherstel (voor modellen waarop
Recovery Media Creator niet vooraf is
geïnstalleerd)
De interne opslagruimte bevat een herstelimage voor de
systeemherstelopties die kunnen worden gebruikt in geval van problemen.
De volgende items worden in dit gedeelte beschreven:
Herstelmedia maken
De vooraf geïnstalleerde software herstellen met de gemaakte
herstelmedia
De vooraf geïnstalleerde software herstellen vanaf de interne
opslagruimte
Als u met het TOSHIBA-hulpprogramma voor onderhoud de interne
opslagruimte wist, worden alle gegevens, inclusief het besturingssysteem
en de herstelimage, verwijderd. In dat geval kunt u geen herstelmedia
maken of de vooraf geïnstalleerde software herstellen vanaf de
herstelimage. Zorg dat u al een herstelmedium hebt gemaakt voordat u het
TOSHIBA-hulpprogramma voor onderhoud start. U kunt dit herstelmedium
Gebruikershandleiding 2-14