Operation Manual

Gebruikershandleiding 2-8
Rondleiding
Lampjes
In deze paragraaf worden de systeemlampjes beschreven.
Systeemlampjes
LED-systeemlampjes naast de betreffende pictogrammen branden als
speciale computerfuncties worden uitgevoerd.
Systeemlampjes
Toetsenbord Het interne toetsenbord bevat speciale
cijfertoetsen, speciale cursorbesturingstoetsen
en de toetsen en . Zie hoofdstuk 5, Het
toetsenbord, voor meer informatie.
Touchpad Met het touchpad in de polssteun kunt u de
beweging van de schermaanwijzer aansturen.
Meer informatie vindt u in de paragraaf Het
touchpad gebruiken in hoofdstuk 4,
Basisbeginselen.
Touchpadbesturing-
sknoppen
Met de besturingsknoppen onder het touchpad
kunt u menuopties selecteren en bewerkingen
uitvoeren op tekst en afbeeldingen die u met de
schermaanwijzer hebt geselecteerd.
DC IN/Accu Het DC IN/Accu-lampje geeft de toestand van de
DC IN en de lading van de accu aan. Groen
betekent dat de accu volledig is opgeladen en
dat de netadapter probleemloos werkt.
Raadpleeg hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en
spaarstanden, voor meer informatie over deze
functie.
Voeding Het aan/uit-lampje brandt groen als de computer
aanstaat. Als u de computer echter via de
slaapstand uitschakelt, knippert dit lampje groen
(ongeveer twee seconden aan, twee seconden
uit) wanneer het systeem wordt afgesloten en
wanneer het in de slaapstand blijft.