Operation Manual
4-34 Gebruikershandleiding
A350/A350D
LAN
De computer heeft ingebouwde ondersteuning voor Ethernet LAN
(10 megabits per seconde, 10BASE-T), Fast Ethernet LAN (100 megabits
per seconde, 100BASE-TX) en Gigabit Ethernet LAN (1000 megabits per
seconde, 1000BASE-T). In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de
computer koppelt aan en ontkoppelt van een LAN.
Typen LAN-kabels
Als u Gigabit Ethernet LAN (1000 megabits per seconde, 1000BASE-T)
gebruikt, dient u de computer via een CAT5E-kabel of hoger aan te sluiten.
U kunt geen CAT3- of CAT5-kabel gebruiken.
Als u Fast Ethernet LAN (100 megabits per seconde, 100BASE-TX)
gebruikt, dient u de computer met een CAT5-kabel of hoger aan te sluiten.
U kunt geen CAT3-kabel gebruiken.
Gebruikt u Ethernet LAN (10 megabits per seconde, 10BASE-T), dan kunt
u de computer aansluiten met een CAT3-kabel of hoger.
De LAN-kabel aansluiten
Voer de volgende stappen uit om de LAN-kabel los te koppelen:
1. Schakel de computer en alle erop aangesloten externe apparaten uit.
Installeer of verwijder geen geheugenmodule zolang Activering op LAN is
ingeschakeld.
■ De functie Activering op LAN werkt niet zonder de netadapter.
Laat de netadapter aangesloten als u deze functie gebruikt.
■ De verbindingssnelheid (10/100/1000 megabits per seconde)
verandert automatisch, afhankelijk van de netwerkomstandigheden
(aangesloten apparaat, kabel of ruis en dergelijke).
De computer moet correct worden geconfigureerd voordat u verbinding
met een LAN maakt. Als u zich bij een LAN aanmeldt terwijl de
standaardinstellingen van de computer van kracht zijn, kunnen storingen in
het LAN optreden. Vraag de LAN-beheerder naar de juiste
configuratieprocedures.
■ Sluit de netadapter aan alvorens de LAN-kabel aan te sluiten. Tijdens
LAN-gebruik moet de netadapter aangesloten blijven. Als u de
netadapter ontkoppelt terwijl de computer gegevens uitwisselt met een
LAN, wordt de verbinding wellicht verbroken.
■ Sluit uitsluitend LAN-kabels aan op de LAN-poort. Als u dit doet,
kunnen schade of storingen optreden.
■ Sluit geen voedingsapparaat aan op de LAN-kabel die aan de
LAN-poort is gekoppeld. Als u dit doet, kunnen schade of storingen
optreden.