Operation Manual

Gebruikershandleiding 8-11
Optionele apparaten
In het programma HW Setup hebt u voor het beeldscherm de keuze uit de
opties
Autom. geselecteerd
en
Gelijktijdig
. Raadpleeg hoofdstuk 7,
HW Setup en wachtwoorden.
Als u de optie Gelijktijdig
selecteert in HW Setup, worden zowel de
externe monitor als het interne LCD-scherm geactiveerd zodra u de
computer inschakelt. Hebt u
Autom. geselecteerd
geactiveerd, dan is
alleen de externe monitor actief.
Als u de beeldscherminstellingen wilt wijzigen, drukt u op Fn + F5. Indien u
de monitor loskoppelt alvorens de computer uit te schakelen, dient u op Fn
+ F5 te drukken om over te schakelen naar het interne beeldscherm.
Raadpleeg hoofdstuk 5, Het toetsenbord, voor meer informatie over het
wijzigen van de beeldscherminstelling met sneltoetsen.
Televisie
Op de video-uit-poort van de computer kunt u een televisie aansluiten. Voer
de volgende stappen uit om een televisie aan te sluiten.
1. Schakel de computer uit.
2. Gebruik een videokabel (niet bijgeleverd) om de televisie aan de video-
out-poort te koppelen.
Een televisie aansluiten
3. Zet de televisie aan.
4. Schakel de computer in.
Als u het beeldscherm van de computer op Gelijktijdig instelt, moet u
zorgen dat de resolutie van het computerscherm identiek is aan die van de
externe monitor of het andere apparaat (bijvoorbeeld een projector).
De functie Stand-bymodus/slaapstand kan met een externe monitor
worden gebruikt. Schakel hiervoor Stand-bymodus/slaapstand in, waarna
de computer de gegevens vasthoudt zoals deze worden weergegeven op
de externe monitor.
VIDEO-uit-poort