Operation Manual
33
Overzicht van de Fantom-G
Overzicht Geluid 1
1
Geluid 1
2
Geluid 1
3
Pad Sampler
Menu/systeem
AppendixSequencer
Een ritme Tone (percussie instrument geluid) heeft geen LFO.
Patch
Patches zijn de basis eenheid op de Fantom-G. Deze corresponderen
met een individueel instrument zoals ‘piano’, ‘orgel’ of ‘gitaar’. Een
Patch kan uit maximaal vier Tones bestaan. De Structure 1&2 en 3&4
parameters (p.92) bepalen op welke manier de vier Tones gecombi-
neerd worden. Op elke Patch kan een ‘PFX (Patch MFX)’ effect wor-
den toegepast.
fig.04-003.j
Ritme set
Een ritme set is een groep percussie instrumentgeluiden. Omdat per-
cussie instrument geluiden doorgaans niet gebruikt worden om
melodieën te spelen, hoeven deze geen andere toonhoogtes te pro-
duceren wanneer ze op het toetsenbord worden gespeeld. Het is wel
belangrijk dat u toegang heeft tot zoveel mogelijk percussie instru-
ment geluiden. Daarom wordt in een ritme set door elke noot (noot-
nummer) van het toetsenbord een ander percussie instrument geluid
gespeeld. Op elke ritme set kan een ‘PFX (Patch MFX)’worden toege-
past.
fig.04-004.j
Sample set
Op de Fantom-G wordt een portie Wave data, verkregen door
geluidsopname of sampling, een Sample genoemd. Een Sample set is
een verzameling van zestien Samples, die als set behandeld worden.
U kunt specificeren hoe elke Sample gespeeld wordt als u een Pad of
toets indrukt.
De Fantom-G kan in de volgende drie modes werken.
Single mode
Single mode is wanneer u een individuele Patch (of ritme set of
Sample set) speelt, met gebruik van de Fantom-G als piano, orgel,
enz. Kies deze mode als u een Patch wilt bewerken om uw eigen ori-
ginele geluid te creëren.
Live mode
Live mode is ontworpen voor live uitvoeringen. Hiermee kunnen
maximaal acht Patches (of ritme of Sample sets) gelijktijdig gespeeld
worden.
U kunt bijvoorbeeld Layers (lagen) creëren (p.62), waarin een pia-
nogeluid en een strijkersgeluid gelijktijdig hoorbaar zijn of splits
(p.62), waarbij de rechterhand een pianogeluid speelt, terwijl de lin-
kerhand een basgeluid speelt.
Live set
Instellingen voor Live mode kunnen als een ‘live set’ worden opge-
slagen.
Studio mode
Studio mode is ontworpen om u een song te laten opnemen. Het
biedt zestien Parts, en u kunt een Patch (of ritme set of Sample set)
aan elk Part toewijzen, zodat zestien geluiden tegelijkertijd gebruikt
kunnen worden.
Het mixer scherm kan gebruikt worden om het niveau en de pan van
alle Parts aan te passen.
Studio set
Instellingen voor Studio mode kunnen als een ‘studio set’ worden
opgeslagen.
Patch
Tone 4
Tone 3
Tone 2
Tone 1
WG
Pitch
Envelope
TVF
TVF
Envelope
TVA
Envelope
PFX
(PATCH MFX)
TVA
LFO 1 LFO 2
Nootnummer 98 (D7)
Nootnummer 97 (C#7)
Nootnummer 36 (C2)
Nootnummer 35 (B1)
Rhythm tone (percussie instrument geluid)
Ritme set
WG (1-4)
Pitch
Envelope
TVF
TVF
Envelope
TVA
Envelope
TVA
PFX
(PATCH MFX)
Single / Live / Studio modes
Live set
Part 1
Patch / Rhythm set / Sample set
Part 2
Patch / Rhythm set / Sample set
Part 3
Patch / Rhythm set / Sample set
Part 4
Patch / Rhythm set / Sample set
Part 5
Patch / Rhythm set / Sample set
Part 6
Patch / Rhythm set / Sample set
Part 7
Patch / Rhythm set / Sample set
Part 8
Patch / Rhythm set / Sample set