Operation Manual
206
Een song afspelen
In het Song Play/Song Edit-scherm kunt u een part of patch
selecteren door op [PATCH] te drukken.
1.
Druk in het Song Play/Song Edit-scherm op [PATCH].
Het Part Select-venster verschijnt.
Verplaats de cursor met / en wijzig de waarde met de
VALUE-schijf of met [INC] [DEC].
Als u van part verandert tijdens de opname, dan verandert het
opnamespoor niet, ook al staat de Auto Track-functie (p. 222)
aan.
Niet alleen wanneer de song is gestopt, maar ook tijdens het afspelen
kunt u in een song vooruitspoelen, terugspoelen of springen. Voer
de volgende acties uit.
Vooruitspoelen:
druk op
Voortdurend vooruitspoelen:
houd ingedrukt
Snel vooruitspoelen:
druk op en dan op
Terugspoelen:
druk op
Voortdurend terugspoelen:
houd ingedrukt
Snel terugspoelen:
druk op en dan op [_FF]
Naar de vorige markering springen:
houd [SHIFT] ingedrukt en druk op
Naar de volgende markering springen:
houd [SHIFT] ingedrukt en druk op
Naar het begin van de song springen:
druk op
Naar de JUMP markering springen:
druk op [JUMP].
Het afspelen van de song zal pauzeren als u tijdens het afspelen
naar het begin of het eind van de song springt.
Een track kan tijdelijk stil worden gemaakt, zodat deze tijdens het
afspelen geen geluid produceert.
1.
Druk op [SONG].
Het Song Play scherm verschijnt.
2.
Draai aan de VALUE draaiknop of gebruik / om de
track die u tijdelijk stil wilt maken te selecteren.
3.
Gebruik / om de cursor naar ‘PLAY’ te verplaatsen.
4.
Druk op [DEC] om de ‘MUTE’ instelling te selecteren.
fig.17-001
Een klank (Part of Patch) kiezen in
het Song-scherm
Waarde
Uitleg
Group
Part-groep
Part Part
Type Patchtype
Bank Patchbank
Patch Number/Name Patchnummer/-naam
F-toets
Uitleg
F5
Patch Edit
Een patch bewerken.
F6
Patch List
Het Patch List-scherm openen.
F7
Rehearsal
(enkel getoond tijdens
opname)
Klanken voorbeluisteren
(Rehearsal-functie)
F8
Close
Het Part Select-venster sluiten.
Vooruitspoelen of terugspoelen
tijdens het afspelen
Het afspelen van een track tijdelijk
stil maken (MUTE)