Operation Manual
111
Een Patch creëren
Overzicht Geluid1 Geluid2 Geluid3 Pad Sampler
Menu/systeem
AppendixSequencer
Control Sens 1-4 (Matrix Control Sens 1-4)
Stelt de hoeveelheid van het Matrix Control effect dat wordt toege-
past in. Als u de geselecteerde parameter in een positieve (+) richting
van de huidige instelling wilt wijzigen – bijv. een hogere waarde,
naar rechts of sneller, enz. – selecteert u een positieve (+) waarde.
Om de geselecteerde parameter in een negatieve (-) richting van de
huidige instelling wilt wijzigen – bijv. een lagere waarde, naar links
of langzamer, enz. – selecteert u een negatieve (-) waarde. Voor
zowel positieve als negatieve instellingen staan grotere absolute
waardes grotere hoeveelheden verandering toe. Stel dit op ‘0’in als
het effect niet toegepast moet worden.
Control Tone 1-4 (Tone Control Switch 1-4)
Matrix Control Tone selecteert de Tone waarop het effect wordt toe-
gepast als de Matrix Control wordt gebruikt.
Waarde
OFF: het effect zal niet toegepast worden.
ON: het effect zal toegepast worden.
REVS: het effect zal omgekeerd toegepast worden.
Druk op de [F5 (PFX)] knop om naar het PFX (Patch Multi-effect)
bewerkingsscherm te gaan (p.157).
Details over effectinstellingen vindt u op de hieronder getoonde
pagina’s.
• ‘Effectinstellingen maken’ (p.151)
• ‘Patch Multi-effect instellingen (PFX) maken’ (p.157).
Effecten voor een Patch instellen
(PFX)