Operation Manual
Table Of Contents
- Voorwoord
- Inhoud
- VÓÓR GEBRUIK VAN HET MULTIFUNCTIONELE SYSTEEM
- HET MAKEN VAN AFDRUKKEN
- BELANGRIJKSTE KOPIEERFUNCTIES
- Vóór gebruik Kopieerfuncties
- Papierselectie
- Selecteren van kleurinstellingen
- Instellen van modi voor originelen
- Densiteitaanpassing
- Vergroten en verkleinen
- Afwerkfunctie selecteren
- Dubbelzijdig kopiëren
- Functie kopiëren & opslaan uitvoeren
- BEWERKEN-FUNCTIES
- BEELDCORRECTIE
- TEMPLATES
- TAAKSTATUS BEVESTIGEN
- OVERIGE INFORMATIE
- TREFWOORDENREGISTER

4 BEWERKEN-FUNCTIES
Kaftblad 119
Kaftblad
U kunt een speciale papiersoort zoals gekleurd papier voor het voorkaft of het achterkaft toevoegen. Deze functie heet
“kaftblad”. De modus kaftblad heeft de volgende 4 functies:
TOP KOPIE: Voegt een leeg vel als voorkaft toe.
TOP KOPIE: Voegt een gekopieerd vel als voorkaft toe.
BEIDE BLANCO: Voegt 2 blanco pagina's als voorkft en achterkaft toe.
TOP KOPIE ACHTER BLANK: Voegt een gekopieerd vel als voorkaft en een leeg vel als achterkaft toe.
1
Plaats het papier voor de kaftbladen.
Plaats het papier in de handinvoerbak of in een papierlade die tevoren voor kaftbladen is ingesteld.
y Bij het plaatsen van papier in een papierlade voor kaftbladen moet “KAFTBLAD” als papiersoort alsmede
papierformaat en -dikte worden ingesteld.
P.19 “Instelling papiersoort”
y Bij het plaatsen van papier in de handinvoerbak moet papierformaat en -dikte worden ingesteld.
P.41 “Kopiëren met handinvoer”
y Het formaat en de richting van de kaftbladen en het kopieerpapier moeten hetzelfde zijn.
2
Plaats het kopieerpapier in de papierlade(n).
3
Plaats de originelen.
Bij het plaatsen ervan op de glasplaat voor originelen moet dit vanaf de eerste pagina gebeuren.
3
2
1
REPORT
2003
3
2
1
REPORT
2003
3
2
1
REPORT
2003
3
2
1
REPORT
2003