Operation Manual
1 VÓÓR GEBRUIK VAN HET MULTIFUNCTIONELE SYSTEEM
18 Papier plaatsen
Kenmerk
*1 Het verzenden en ontvangen van faxberichten is alleen beschikbaar als de fax-unit (optie) is geïnstalleerd.
*2 Wanneer er lijsten worden afgedrukt, wordt de papierinstelling “FAX” gebruikt. Voor het afdrukken van lijsten zie de Handleiding voor MFP-
beheer.
2
Druk op het tabblad [GEBRUIKER] op het aanraakscherm om het instellingenmenu op
te roepen en druk vervolgens op [PAPIERLADE].
Toets Omschrijving Pictogram
GEEN Geen kenmerk aangegeven —
INVOEGEN Losse vellen gebruikt in de stand invoegen speciaal invoegvel
P.115 “Invoegvel”
Er kunnen maximaal 2 soorten vellen (invoegvel 1en 2) worden ingesteld. Voor het
instellen van invoegvel 1 en 2, selecteer de papierlade voor invoegvel 1 en druk op
[INVOEGEN] en selecteer daarna een papierlade voor invoegvel 2 en druk op
[INVOEGEN].
,
KAFT Losse vellen gebruikt in de kaftbladen-functie
P.113 “Kaftblad”
SPECIAAL Gekleurd papier of papier met watermerk etc.
FAX
*1, *2
Faxpapier
1
Druk op de [USER FUNCTIONS] toets op het
bedieningspaneel.










