Operation Manual
2.HET MAKEN VAN KOPIEËN
Afdrukken maken 35
2 HET MAKEN VAN KOPIEËN
Kopiëren onderbreken en andere afdrukken maken
U kunt de huidige afdruktaak onderbreken voor het maken van andere afdrukken (kopiëren met onderbreking). Wanneer
de onderbroken taak weer wordt gestart, hoeven de kopieerinstellingen niet opnieuw te worden geselecteerd omdat deze
in het geheugen van het multifunctionele systeem zijn opgeslagen.
y De volgende functies kunnen niet worden gebruikt in combinatie met "kopiëren met onderbreking":
Kopiëren met kaftbladen, kopiëren met speciaal invoegvel, taakopbouw, opslaan via e-Filing, opslaan als bestand
y Tijdens kopiëren met onderbreking kan er niet overgeschakeld worden naar een niet-kopieerfunctie, zoals e-Filing,
scannen, afdrukken of faxen. Als u de functie wilt wijzigen, druk dan eerst op de [INTERRUPT]-toets om het
kopiëren met onderbreking te wissen.
2
Vervang het origineel door een ander.
3
Selecteer naargelang nodig andere kopieerinstellingen en druk vervolgens op de
[START]-toets op het bedieningspaneel.
4
Druk opnieuw op de [INTERRUPT]-toets nadat de functie "kopiëren met onderbreking"
is beëindigd.
Er verschijnt “Gereed om taak 1 te hervatten” en de onderbroken taak wordt hervat.
1
Druk op de [INTERRUPT]-toets op het
bedieningspaneel.
Er verschijnt“Job interrupted job 1 saved” en er wordt
“COPY(Interrupt)” weergegeven op het functiescherm.
Als het origineel wordt gescand, verschijnt bovenstaande melding
na voltooiing van het scannen.