Operation Manual
5
UW FAX STELT ZICH VOOR
1 Storingslamp
Als er een storing in de fax
optreedt dan gaat het
corresponderende lampje onder
het symbool branden.
Papier storing:
(papierblokkering)
Geeft aan dat een document of
papier vastloopt (zie pagina 146/
148).
Papier op:
Geeft aan dat de gebruiker de
papiercassette van nieuw papier
moet voorzien (zie pagina 10).
Toner op:
Geeft aan dat de gebruiker toner
moet bijvullen (zie pagina 8).
Levensduur drum:
Geeft aan dat de drum binnenkort
vervangen moet worden
(zie pagina 9).
Alarm lamp: (Alarm)
Wijst op een storing waarvan
de oorzaak niet bekend is.
Neem in dit geval contact met
de servicedienst.
2 LIJN lampje 1
Geeft een transmissie via de
telefoonlijn aan.
3 LIJN lampje 2
Indicates transmission on the
telephone line (bij optionele 2e
(telefoon)lijn).
4 PC COMM Lampje
Als deze lamp flikkert dan
betekent het dat data vanuit de
PC naar de (fax)interface wordt
gestuurd.
5 SUPER POWER SAVER-TOETS
Activeert onmiddellijk de
Energiebesparings-voorzieningen
(zie pagina 110).
6 Display
Weergave van de machine status
en funktie instellingen.
7 INVOEGEN-TOETS
Voor het invoegen van een teken
op de cursorpositie.
8 WISSEN-TOETS
Wist een teken in het display.
9 NUMERIEK TOETSENBORD
Hier voert u telefoonnummers in
of kunt u menukeuzes maken.
10 MULTI-TOETS
Om een tijdelijke groep te
creëren. Toe te passen bij
groepskiezen en bij groepspolling
(‘afroepen’).
11 SNELKIEZEN
Druk op deze toets voor het
verkort kiezen van nummers,
namen of groepen die in het
geheugen zijn opgeslagen.
12 HERKIEZEN/PAUSE
Herhaald direct het laatst gekozen
tel. nummer. Bij het invoeren van
telefoonnummers kunt een pauze
ter controle van de kiestoon
invoeren.
13 MONITOR
Als u op deze toets drukt zal de
fax de lijn oppakken én de
luidspreker inschakelen zodat de
gebruiker kan meeluisteren hoe de
kiespoging verloopt. Bij verbinding
wordt de faxprocedure direct
uitgevoerd, dus zonder gebruikt
van het geheugen.
14 START-TOETS
Activeert de transmissie, de
ontvangst (hoorn van de haak) en
de geselecteerde menu-
onderdelen.
15 STOP-TOETS
Annuleert foutmeldingen en sluit
invoer via het menu af.
16 KOPIE-TOETS
Deze toets heeft twee functies:
Als er een document is ingevoerd
kunt u een kopie ervan maken. Als
er geen document is ingevoerd,
drukt de fax het journaal af.
17 TX-RAPPORT-TOETS
AAN- of UITschakelen van het
transmissierapport (zie pagina
89) alvorens de transmissie te
starten.
18 MODE-TOETS, met statuslampjes
Gebruik deze toets om de
resolutie (beeldscherpte) van de
huidige fax-opdracht te kiezen.
Het statuslampje geeft de
geselecteerde resolutie aan. Als
er geen statuslampje brandt
betekent dit dat de fax in STD
(standaard-mode) staat ingesteld.
19 MENU-TOETSEN
Gebruik deze toetsen om een
menu of specifiek menu-item te
kiezen.
20 INVOER-TOETS
Activeert de geselecteerde menu-
onderdelen en dient eveneens om
de invoer van gegevens af te
sluiten (en in te voeren).
21 OPDR. WISSEN-TOETS
Gebruik deze toets om een
gereserveerde opdracht of een
lopende opdracht te annuleren.
22 E-MAIL ADRES-TOETS
Invoer van E-mail-adres voor
faxen via internet.
23 OPDR. STATUS-TOETS
Druk op deze toets om de status
te zien van de verschillende
opdrachten die in behandeling
zijn.
24 Gecombineerd toetsenbord
De positie van de functie-klep
bepaalt de werking:
• Sneltoetsen, voor snel kiezen van
de faxbestemming
• Functietoetsen, voor directe
toegang tot faxfuncties
• Toetsenbord, voor invoer van
tekst.