Operation Manual

2. INSTELLING VAN DE PRINTER DUTCH VERSION NO1-33058
2.9 Instelling van werkomgeving
N2-23
2.9.1 Parameterinstelling
(vervolg)
(14) Afpel Wachtstatus
Deze parameter wordt gebruikt om vast te leggen wanneer de printer een
afpel wachtstatus doorstuurt naar een host (05H) in antwoord op een
statusaanvraag commando.
Hou de [PAUSE] toets ingedrukt wanneer “<2>PARAMETER SET”
verschijnt tot het onderstaand scherm tevoorschijn komt.
Kies de gewenste optie met de [FEED] of [RESTART] toets.
Druk op de [PAUSE] toets om uw keuze te bevestigen.
(15) FEED Toets Functie
Deze parameter bepaalt de functie van de [FEED] toets.
Hou de [PAUSE] toets ingedrukt wanneer “<2>PARAMETER SET”
verschijnt tot het onderstaand scherm tevoorschijn komt.
Kies de gewenste optie met de [FEED] of [RESTART] toets.
Druk op de [PAUSE] toets om uw keuze te bevestigen.
<2>PARAMETER SET
PEEL OFF STS OFF
[RESTART]
[FEED]
PEEL OFF STS ON
Een afpel wachtstatus wordt gestuurd wanneer
de printer het volgend uitvoercommando
ontvangt en het voorgaande geprinte etiket nog
niet van de papierdrager verwijderd is.
PEEL OFF STS OFF
Een afpel wachtstatus wordt gestuurd
wanneer een geprint etiket moet verwijderd
worden.
<2>PARAMETER SET
FEED KEY FEED
FEED KEY FEED
FEED KEY PRINT
[RESTART]
[FEED]
Bij het indrukken van de [FEED] toets
wordt één media uitgevoerd.
De [FEED] toets zorgt ervoor dat de
gegevens in de Image Buffer geprint
worden (de laatste gevens die geprint
warden).