Operation Manual
2. INSTELLING VAN DE PRINTER DUTCH VERSION NO1-33089
2.6 Printer Instellingen
N2-18
2.6.2 Parameterinstelling
(vervolg)
(5) HU CUT/RWD.
Deze parameter zorgt ervoor dat de printkop opgeheven wordt of niet
in snijmode.
Deze functie voorkomt lintvlekken omdat de printkop opgeheven
wordt bij een achterwaartse aanvoer naar de printstartpositie.
• OFF De printkopheffunctie is niet actief of de wikkelaar
wordt niet gebruikt.
• ON De printkopheffunctie is actief of de wikkelaar wordt
gebruikt.
(6) RBN SAVE
Deze parameter zorgt ervoor dat de lintspaarfunctie actief is of niet.
Deze functie beperkt het lintverlies door de opvang van ongebruikt
lint van zone’s die niet geprint worden.
• TAG Actief (Wanneer de printkophendel zich op positie
TAG bevindt.)
• LABEL Actief (Wanneer de printkophendel zich op positie
LABEL bevindt)
• OFF Niet actief.
(7) PRE PEEL OFF
Deze parameter bepaalt of de afpelfunctie geactiveerd wordt of niet.
Staat deze parameter op ON (beschikbaar), dan zal het uiteinde van
het etiket eerst losgemaakt worden van de papierdrager voor het etiket
geprint wordt. Deze functie vergemakkelijkt het losmaken van
etiketten die moeilijk te verwijderen zijn tengevolge van een sterke
adhesie of hoge printsnelheid.
• OFF Schakelt de pre peel off funktie uit.
• ON Activeert de pre peel off funktie
(8) BACK SPEED
Deze parameter bepaalt de snelheid van een achterwaartse aanvoer.
In afpelmode kan de achterwaartse aanvoersnelheid van 3”/sec.
aanleiding geven tot een te kleine aanvoerhoeveelheid ten gevolge van
een gebrek aan torsie, de gladheid van de media, enz. Beperk in dat
geval de achterwaartse aanvoersnelheid tot 2”/sec. om de
aanvoerhoeveelheid van de media te verhogen.
• STD 3ips
• LOW 2ips
OPMERKING:
A
fhankelijk van de temperatuur van
de solenoïde mag de printkop niet
opgeheven worden.
OPMERKINGEN:
1. Gelieve deze parameter niet in te
schakelen wanneer er geen
lintspaarfunctie hardware in de
printer aanwezig is. Indien deze
wel aanstaat dan onstaan er lint
problemen.
2. De linstspaarfunctie moet
ingesteld worden in overeenkomst
met de positie van de
printkophendel. Een onjuiste
instelling kan een slechte werking
van de lintspaarfunctie
veroorzaken.
OPMERKING:
D
e Pre-strip funktie wordt
automatisch geactiveerd wanneer de
p
rint snelheid op 10 ips is ingesteld.