Operation Manual

2. INSTELLING VAN DE PRINTER DUTCH VERSION NO1-33089
2.4 Aansluiting van de printer met de host computer
N2-12
2.4 Aansluiting van de
printer met de host
computer
De onderstaande paragrafen geven een overzicht van de aansluitings-
mogelijkheden van de printer met een host computer en andere
periferieën. Afhankelijk van de systeemconfiguratie die u gebruikt voor
het printen van etiketten zijn er 5 mogelijkheden om de printer met een
host computer aan te sluiten. Hieronder vindt u deze 5 mogelijkheden:
Een Ethernet aansluiting door middel van de LAN verbinding.
Een USB kabelaansluiting tussen de USB aansluiting van de
printer en de USB poort van de host computer (overeenkomstig
met V2.0 topsnelheid).
Een seriële kabelaansluiting tussen de RS-232C seriële aansluiting
in optie bij de printer en één van de COM poorten van de host
computer. <Optie>
Een parallelle kabelaansluiting tussen de parallelle poort van de
printer en de parallelle poort van de host computer (LPT). <Optie>
Draadloze LAN door middel van een draadloze LAN kaart in optie.
<Optie>
Raadpleeg BIJLAGE 2 voor bijkomende inlichtingen over elke
interface.
Voorbehouden voor een
optionele parallele
aansluiting
Voorbehouden voor een
optionele draadloze
aansluiting
Voorbehouden voor een
optionele I/O-aansluiting
USB-aansluiting
Netwerkaansluiting
Spanningschakelaar
A
C Electrische voeding
Voorbehouden voor een
optionele RTC- en USB stick
aansluiting